6
|
Richtlijnen met betrekking tot mogelijke toepassingen
6.4 De tank voor warm tapwater in/opstellen
6.4.1 Systeemlayout – Ingebouwde warmtapwatertank
6.4.2 Systeemlayout – Autonome warmtapwatertank
Uitgebreide handleiding voor de installateur
46
OPMERKING
▪
Zorg ervoor dat het hulpcontact voldoende differentiaal of tijdsvertraging heeft,
zodat er niet veelvuldig tussen de binnenunit en de extra ketel omgeschakeld
wordt.
▪
Als het hulpcontact een buitentemperatuurthermostaat is, moet de thermostaat
in de schaduw geplaatst worden, zodat hij niet door de zon beïnvloed of AAN/
UITgeschakeld wordt.
▪
Veelvuldig omschakelen kan corrosie van de extra ketel veroorzaken. Voor meer
informatie, neem contact op met de fabrikant van de extra ketel.
Instelpunt van de extra gasboiler
Om bevriezing van de waterleidingen te voorkomen, moet de extra gasboiler een
vast instelpunt ≥55°C, of een weersafhankelijk instelpunt ≥T
T
(°C)
min
60
50
40
30
20
10
0
–30
–25
–20
T
Buitentemperatuur
a
T
Minimaal weersafhankelijk instelpunt voor extra gasboiler
min
a
c
a Buitenunit
b Binnenunit
c Warmtewisselaar
d Back-upverwarming
e Pomp
f Afsluiter
g Gemotoriseerde 3‑wegklep
–15
–10
–5
f
g
h
b
M
d
e
f
FHL1
FHL2
i
j
. hebben.
min
0
5
T
(°C)
a
FHL3
EPGA11~16DAV3(7) + EABH/X16DF6V(7)+9W(7)
Daikin Altherma 3 H W
4P556069-1B – 2021.09