Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Gps-Instellingen; Het Gebeurtenislog Weergeven; Informatie Over Systeem En Software Weergeven; Mijn Boot-Instellingen - Garmin echoMAP CHIRP 40 Series Gebruikershandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor echoMAP CHIRP 40 Series:
Inhoudsopgave

Advertenties

Schermafdr. opslaan: Hiermee kunt u schermafbeeldingen
opslaan.

GPS-instellingen

Selecteer Instellingen > Systeem > GPS.
Skyview: Geeft de relatieve positie van GPS-satellieten aan de
hemel weer.
WAAS/EGNOS: Schakelt WAAS (in Noord-Amerika) of EGNOS
(in Europa) in of uit om nauwkeurigere GPS-positiegegevens
te verkrijgen. Denk eraan dat het toestel meer tijd nodig kan
hebben om de satellieten te vinden wanneer u WAAS/
EGNOS gebruikt.
Snelheidsfilter: Berekent gedurende korte tijd de gemiddelde
snelheid van uw schip om de snelheidswaarden te
verscherpen.
Bron: Hiermee kunt u de voorkeursbron voor GPS instellen.

Het gebeurtenislog weergeven

In het logboek wordt een lijst met systeemgebeurtenissen
weergegeven.
Selecteer Instellingen > Systeem > Systeeminformatie >
Gebeurtenislog.

Informatie over systeem en software weergeven

U kunt de softwareversie, de basiskaartversie, alle aanvullende
kaartinformatie (indien beschikbaar), de softwareversie van de
optionele Garmin radar (indien beschikbaar) en de toestel-id
weergeven. U kunt deze gegevens nodig hebben om de
systeemsoftware bij te werken of aanvullende kaartgegevens
aan te schaffen.
U kunt de softwareversie, de basiskaartversie, alle aanvullende
kaartinformatie (indien beschikbaar) en de toestel-id weergeven.
U kunt deze gegevens nodig hebben om de systeemsoftware bij
te werken of aanvullende kaartgegevens aan te schaffen.
Selecteer Instellingen > Systeem > Systeeminformatie >
Softwaregegevens.

Mijn boot-instellingen

OPMERKING: Voor sommige instellingen en opties zijn extra
kaarten of toestellen vereist.
Selecteer Instellingen > Mijn boot.
Kielcorrectie: Corrigeert de oppervlaktemeting voor de diepte
van een kiel, zodat de diepte vanaf de onderkant van de kiel
kan worden gemeten in plaats vanaf de positie van de
transducer
(De kielcorrectie instellen, pagina
Temp.correctie: Compenseert de watertemperatuurmeting via
een NMEA 0183 watertemperatuursensor of een transducer
met temperatuursensor
instellen, pagina
34).
Vaarsnelheid kalibreren: Kalibreert de snelheidsmetende
transducer of snelheidssensor
watersnelheid kalibreren, pagina
Brandstofcapaciteit: Hiermee stelt u de gecombineerde
brandstofcapaciteit van alle brandstoftanks op uw vaartuig in
(De brandstofcapaciteit van het vaartuig instellen, pagina
Type boot: Schakelt enkele kaartplotterfuncties in op basis van
het boottype.
Vul alle tanks: Stelt de tankniveaus in op vol
brandstofgegevens synchroniseren met de actuele
brandstofvoorraad, pagina
Voeg brandstof toe aan boot: Hiermee kunt u de hoeveelheid
brandstof die u hebt getankt invoeren, als u de tank niet
helemaal hebt gevuld
(De brandstofgegevens synchroniseren
met de actuele brandstofvoorraad, pagina
Stel totale brandstof aan boord in: Hiermee stelt u de
gecombineerde hoeveelheid brandstof van alle
brandstoftanks op uw vaartuig in
34
26).
(De watertemperatuurcorrectie
Een toestel voor
35.
(De
28).
28).
(De brandstofgegevens
synchroniseren met de actuele brandstofvoorraad,
pagina
28).
Metergrenzen instellen: Hiermee stelt u de onder- en
bovenlimieten in van verschillende meters
de motormeter en de brandstofmeter aanpassen,
pagina
35).

De kielcorrectie instellen

U kunt een kielcorrectie invoeren om de waterdieptemeting te
compenseren voor de installatielocatie van de transducer.
Hierdoor kunt u, afhankelijk van uw wensen, de diepte van het
water onder de kiel bekijken of de daadwerkelijke waterdiepte.
Als de transducer op de waterlijn of boven het uiteinde van de
kiel is geïnstalleerd en u de waterdiepte onder de kiel wilt weten
of het laagste punt van uw boot wilt vaststellen, meet u de
afstand tussen de locatie van de transducer en de kiel van de
boot.
Als de transducer onder de waterlijn is geïnstalleerd en u de
daadwerkelijke waterdiepte wilt weten, meet u de afstand van de
onderkant van de transducer tot de waterlijn.
OPMERKING: Deze optie is alleen beschikbaar als u over
geldige dieptegegevens beschikt.
1
De afstand meten:
• Als de transducer op de waterlijn
van de kiel is geïnstalleerd, meet u de afstand tussen de
locatie van de transducer en de kiel van de boot. Voer
deze waarde in als een positief getal.
• Als de transducer onder aan de kiel
u de daadwerkelijke waterdiepte weet, meet u de afstand
tussen de transducer en de waterlijn. Voer deze waarde in
als een negatief getal.
2
Selecteer Instellingen > Mijn boot > Kielcorrectie.
3
Selecteer
als de transducer op de waterlijn is geïnstalleerd
of selecteer
als de transducer onder aan de kiel is
geïnstalleerd.
28).

De watertemperatuurcorrectie instellen

Voordat u de watertemperatuurcorrectie kunt instellen, moet u
een NMEA 0183-watertemperatuursensor of een transducer met
temperatuursensor aansluiten om de watertemperatuur te
meten.
De temperatuurcorrectie compenseert de temperatuurmeting
van een temperatuursensor.
1
Meet de watertemperatuur aan de hand van een
temperatuursensor of een transducer met temperatuurmeting
die is aangesloten op de kaartplotter.
2
Meet de watertemperatuur met een andere
temperatuursensor of een thermometer die nauwkeuriger is.
(De grenzen van
of boven het uiteinde
is geïnstalleerd en
Toestelconfiguratie

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave