Voorbereidingen voor het afmixen
5
Als u de pan van elk van de trackkanalen
wilt aanpassen, drukt u herhaaldelijk op de
[PAN/BAL]-knop in de Selected Channel-
sectie of houdt u de [PAN/BAL]-knop
ingedrukt en gebruikt u de CURSOR-
toetsen [ ]/[ ] om naar de PAN-pagina
van het PAN-scherm te gaan.
Op deze pagina kunt u het paren, de fase en pan voor
elk kanaal instellen.
1
2
3
1 PAIR
Geeft de paarstatus van aangrenzende even/oneven
genummerde kanalen aan. Een hartsymbool geeft de
kanalen aan die zijn gepaard en een gebroken
hartsymbool geeft de kanalen aan die niet zijn
gepaard. U kunt ook het paren via deze pagina aan- of
uitzetten door de cursor naar een hartsymbool te
verplaatsen en op de [ENTER]-toets te drukken.
9
OPMERKING
• Trackkanalen 9/10–15/16 en padkanalen 1–4
functioneren altijd als gepaarde kanalen. Het paren van
deze kanalen kan niet uitgeschakeld worden.
B PHASE
Schakelt de fase van het signaal van elk van de
kanalen tussen normaal (normal) en omgekeerd
(reversed). Verplaats de cursor naar deze locatie en
druk op de [ENTER]-toets om te schakelen tussen
N (normale) en R (omgekeerde) fase.
C PAN
Past de pan aan (de links-/rechtspositie als het signaal
naar de stereobus of L/R-bus wordt gestuurd) van
elk kanaal.
OPMERKING
• Als de pagina afwijkt van die hiervoor is te zien, zorg er
dan voor dat u trackkanalen heeft geselecteerd om te
worden bewerkt. (Dit wordt linksboven in het scherm
aangeven.) Als de ingangskanalen en de padkanalen
zijn geselecteerd, druk dan op één van de [TRACK
SEL]-toetsen.
• Zelfs als kanalen gepaard zijn, zijn hun fase en pan niet
gekoppeld. Stel deze parameters afzonderlijk voor elk
kanaal in.
84
AW1600 Gebruikershandleiding
6
Verplaats de cursor naar de PAN knop van
elk van de trackkanalen en draai de [DATA/
JOG]-draaiknop om de paninstelling aan te
passen.
TIP
• Een andere manier om de pan aan te passen is door op
een [TRACK SEL]-toets te drukken om een trackkanaal
te selecteren en vervolgens aan de [PAN/BAL]-knop in
de Selected Channel-sectie te draaien. Deze methode is
handig als u de pan aan wilt passen zonder dat er een
ander scherm wordt aangegeven.
Als u de [PAN/BAL]-knop gebruikt om de pan van de
trackkanalen 9/10–15/16 aan te passen, zal het draaien
aan de knop in eerste instantie alleen wijziging van de
panwaarde van één kant veroorzaken. Als de
panwaarde uiterst rechts of links bereikt, zal de
wijziging van de andere panwaarde beginnen.
7
Zet de [STEREO]-fader op de 0 dB-positie.
8
Verhoog terwijl u de song afspeelt, de
trackkanaalfaders naar een geschikt
niveau. Pas indien nodig de EQ en
dynamiek van elk van de trackkanalen aan.
U kunt de EQ/dynamiek van het trackkanaal op
vergelijkbare wijze aanpassen als bij ingangskanalen.
Druk op een [TRACK SEL]-toets om een trackkanaal
te selecteren en gebruik vervolgens de [EQ]-knop en
[DYN]-knop in de Selected Channel-sectie.