Handige functies tijdens het afmixen/samenvoegen
De dynamiekparameters bewerken
U kunt gedetailleerde bewerkingen van de
dynamiekparameters op dezelfde manier als van de EQ-
parameters uitvoeren.
1
Druk op een [INPUT SEL]-toets, een pad
1–4, een [TRACK SEL]-toets of de [STEREO
SEL]-toets om het kanaal te selecteren
waarvan u de dynamiekparameters wilt
bewerken.
2
Roep van de dynamiekbibliotheek de
instellingen op die wat u in gedachte heeft
het meest benaderen.
3
Druk in de Selected Channel-sectie
herhaaldelijk op de [DYN]-knop of houd de
[DYN]-knop ingedrukt en gebruik de
CURSOR-toetsen [ ]/[ ] om naar de EDIT-
pagina van het DYN-scherm te gaan.
2
9
1
3
1 ON/OFF-knop
Schakelt de dynamiek in/uit.
B TYPE
Geeft het momenteel geselecteerde dynamiektype aan.
De getoonde indicatie heeft de volgende betekenis.
• COMP ........................ Compressor
• EXPAND..................... Expander
• GATE ......................... Gate
• COMPAND-H ............. Compander (hard)
• COMPAND-S ............. Compander (soft)
• DUCKING .................. Ducking
OPMERKING
• U kunt het dynamiektype niet in deze pagina wijzigen.
Als u een ander type wilt gebruiken, moet u de
bibliotheekinstellingen oproepen die het gewenste type
gebruiken.
96
AW1600 Gebruikershandleiding
4
7
56
C Responscurve
Deze grafiek geeft een benadering van de respons van
de dynamiekinstellingen. De horizontale as van de
grafiek is het ingangsniveau en de verticale as is het
uitgangsniveau.
D KEYIN SOURCE
Selecteert één van de volgende instellingen als
triggersignaal dat de dynamische processing zal
besturen.
• SELF...............Het post-EQ-signaal van het
momenteel geselecteerde kanaal
• LEFT ...............Het post-EQ-signaal van het
aangrenzende kanaal links
• AUX1 ..............Het signaal onmiddellijk voor het
masterzendniveau van de AUX 1-
bus
• AUX2 ..............Het signaal onmiddellijk voor het
masterzendniveau van de AUX 2-
bus
OPMERKING
• U kunt LEFT niet selecteren als u ingangskanaal 1,
padkanaal 1, trackkanaal 1 of het stereo-
uitgangskanaal heeft geselecteerd.
TIP
• Dynamiekinstellingen en handeling zijn gekoppeld voor
gepaarde kanalen en voor het stereo-uitgangskanaal.
In dit geval zal de dynamische processing tegelijkertijd
op beide kanalen werken als één van de kanalen het
tresholdniveau (drempel) overschrijdt.
E GR (Gain Reduction)
Geeft de hoeveelheid versterkingsreductie aan die
wordt teweeggebracht door de dynamische processor
in een bereik van –18 dB tot 0 dB.
F Uitgangsmeter
Geeft het niveau aan van het signaal nadat dit de
dynamische processor is gepasseerd.
G Parameters
Hier kunt u de parameters van de dynamische
processor bewerken. Het soort parameters en hun
bereik zal verschillen, afhankelijk van het dynamische
processortype. Zie voor details over de parametertypes
en hun functie de appendix.
4
Verplaats de cursor naar de parameter die u
wilt bewerken en gebruik de [DATA/JOG]-
draaiknop om de waarde te bewerken.
5
Druk om de dynamiek in/uit te schakelen op
de [ENTER]-toets.
In de EDIT-pagina kunt u op de [ENTER]-toets
drukken om de dynamiek in/uit te schakelen, ongeacht
de cursorlocatie.
Weest u zich er van bewust dat als u zelfs maar één
parameter in de EDIT-pagina van het DYN-scherm
bewerkt, de handeling van de [DYN]-knop van de
Selected Channel-sectie als volgt zal veranderen voor
dat kanaal.