1
Figuur 26
1. Brandstoffilter
3.
Schuif de slangklemmen op de uiteinden van de
brandstofslangen. Druk de brandstofslangen op
het brandstoffilter en zet deze vast met de
slangklemmen. Let erop dat de pijl op de zijkant
van het filter in de richting van de injectiepomp
wijst.
Injectors ontluchten
Opmerking: Deze procedure mag uitsluitend worden
toegepast als het brandstofsysteem is ontlucht met
behulp van de normale ontluchtingsprocedures en de
motor niet start; zie Het brandstofsysteem ontluchten,
blz.19.
1.
Draai de leidingconnector naar spuitmond nr. 1
en de houder op de injectiepomp los (Fig. 27).
Figuur 27
1. Spuitmond nr. 1
2.
Zet de gashendel op SNEL.
3.
Draai het contactsleuteltje op START en bekijk
hoe de brandstof om de connector stroomt.
Draai het sleuteltje op UIT wanneer u een
ononderbroken straal ziet.
4.
Draai de leidingconnector goed vast.
5.
Radiator en scherm reinigen
Om te voorkomen dat de motor oververhit raakt, moet
u het scherm en de radiator schoon houden.
Controleer in normale omstandigheden elke dag het
scherm en de radiator en verwijder indien nodig het
aanwezige vuil. Het zal echter nodig zijn het scherm
en de radiator vaker te controleren als de machine in
buitengewoon stoffige en vuile omstandigheden wordt
gebruikt.
Opmerking: Als de motor afslaat ten gevolge van
oververhitting moet u eerst controleren of er een
buitensporig grote hoeveelheid aangekoekt vuil op de
radiator en het scherm zit.
Voor een grondige reiniging van de radiator:
1.
2.
3.
4.
Koelvloeistof verversen
De inhoud van het koelsysteem is ongeveer 5,7 liter.
Het koelsysteem moet worden gevuld met een
1
oplossing die half uit water, half uit permanente
ethyleenglycol-antivries bestaat. Om de twee jaar
moet u de koelvloeistof aftappen uit de radiator door
het aftapkraantje open te draaien (Fig. 28). Nadat de
koelvloeistof is afgetapt, moet u het hele systeem
schoonspoelen en vullen met een oplossing die half uit
water, half uit permanente ethyleenglycol-antivries
bestaat.
27
Herhaal bovengenoemde stappen bij de overige
spuitmonden.
Verwijder het scherm.
Reinig de radiator met een waterstraal of
perslucht. Doe dit vanaf de ventilatorzijde van de
radiator.
Nadat de radiator grondig is gereinigd, moet u
vuil verwijderen dat zich eventueel heeft
verzameld in het kanaal op het onderste deel van
de radiator.
Reinig en monteer het scherm.