4. Als u het vastgelopen papier niet hebt gevonden en lade 2 hebt geïnstalleerd, trekt
u de lade uit en verwijdert u, indien mogelijk, het vastgelopen papier. Zo niet, doe
dan het volgende:
a. Controleer of de printer is uitgeschakeld en verwijder de stekker uit het
stopcontact.
b. Licht de printer op van lade 2.
c. Haal het vastgelopen materiaal onder uit de printer of uit Lade 2.
d. Zet de printer weer boven op Lade 2.
5. Open de toegangsklep tot de wagen met printcartridges. Als er papier is
achtergebleven in de printer, controleert u of de afdrukkop geheel rechts in de
printer staat, verwijdert u papiersnippers of verkreukeld afdrukmateriaal en trekt u
het afdrukmateriaal boven uit de printer.
Waarschuwing Kom niet met uw handen in de printer als de printer aanstaat
en de wagen vastzit. Als u de bovenste klep opent, moet de wagen terugkeren
naar de rechterkant van de printer. Als dit niet gebeurt, schakelt u de printer uit
voordat u het vastgelopen papier verwijdert.
6. Nadat u het vastgelopen papier hebt verwijderd, sluit u alle kleppen. Vervolgens zet
u de printer aan (als u de printer had uitgezet) en verzendt u de afdruktaak
opnieuw.
Papierstoringen voorkomen
Houd u aan de volgende richtlijnen om papierstoringen te voorkomen.
•
Verwijder afgedrukte exemplaren regelmatig uit de uitvoerlade.
•
Zorg dat papier niet krult of kreukt door al het ongebruikte papier in een
hersluitbare verpakking te bewaren.
•
Zorg dat het papier plat in de invoerlade ligt en dat de randen niet omgevouwen of
gescheurd zijn.
•
Leg niet papier van verschillende soorten en formaten tegelijk in de invoerlade; al
het papier in de invoerlade moet van dezelfde soort en hetzelfde formaat zijn.
•
Verschuif de breedtegeleider voor het papier in de invoerlade totdat deze vlak
tegen het papier aanligt. Zorg dat de breedtegeleiders het papier in de papierlade
niet buigen.
•
Schuif het papier niet te ver naar voren in de invoerlade.
•
Gebruik papiersoorten die worden aanbevolen voor de printer. Zie
Mediaspecificaties voor meer informatie.
Storingen verhelpen
63