ERLA03DAV3 + EHFZ03S18DJ3V
Daikin Altherma 3 R F
4P596821-1B – 2021.10
▪
Waterdebiet. U kunt het vereiste minimumwaterdebiet voor de werking van de
binnenunit in de volgende tabel vinden. Dit debiet moet in alle situaties steeds
gegarandeerd zijn. Indien het debiet lager is, zal de binnenunit stoppen te
werken en storing 7H geven.
Vereist minimumdebiet
12 l/min
▪
Ter plaatse te voorziene onderdelen – Water. Gebruik alleen materialen die
compatibel zijn met water dat in de installatie gebruikt wordt en met de
materialen van de binnenunit.
▪
Ter plaatse te voorziene onderdelen – Waterdruk en -temperatuur. Controleer
of alle componenten in de lokale leidingen bestand zijn tegen de waterdruk en
watertemperatuur.
▪
Waterdruk – Warm tapwater. De maximumwaterdruk bedraagt 4 bar. Voorzie
gepaste veiligheden in het watercircuit om ervoor te zorgen dat de
maximumdruk NIET overschreden wordt. De waterdruk moet minstens 1 bar
bedragen om te werken.
▪
Waterdruk – Ruimteverwarming/-koelingscircuit. De maximumwaterdruk
bedraagt 3 bar. Voorzie gepaste veiligheden in het watercircuit om ervoor te
zorgen dat de maximumdruk NIET overschreden wordt. De waterdruk moet
minstens 1 bar bedragen om te werken.
▪
Watertemperatuur. Alle geplaatste leidingen en leidingtoebehoren (kleppen,
verbindingsstukken enz.) DIENEN bestand te zijn tegen de volgende
temperaturen:
INFORMATIE
De volgende afbeelding is een voorbeeld en stemt mogelijk NIET overeen met de lay-
out van uw installatie.
(*) Maximumtemperatuur voor leidingen en accessoires
▪
Aftappen – Lage punten. Voorzie aftappunten op alle lage punten van de
installatie om het watercircuit volledig te kunnen aflaten.
▪
Aftappen – Overdrukveiligheidsklep. Sluit de afvoerslang correct aan op de
afvoer om te voorkomen dat er water uit de unit wordt gemorst. Zie
afvoerslang op de afvoer
8
Installatie van de leidingen
|
4
aansluiten" [
62].
89°C (*)
75°C (*)
"7.4.4 De
Uitgebreide handleiding voor de installateur
77