Verschillen in weergave van waarden
Verschillen in weergave van waarden
In bepaalde gevallen kunnen er verschillen bestaan tussen de getallen, die zichtbaar zijn op de
patiëntmonitor en de getallen die zichtbaar zijn op het externe apparaat. De onderstaande tabel
geeft mogelijke redenen waarom dit kan optreden.
Situatie
Verschillen tussen de gemeten
of berekende parameterwaarden
die verwerkt worden in de
patiëntmonitor en de getallen
van aangesloten externe
apparaten.
Verschillen tussen bij elkaar
horende waarden in de database
van de IntelliVue
patiëntmonitor.
Aperiodieke waarden worden
blanco weergegeven op de
patiëntmonitor.
Mogelijke redenen
Er zijn sommige berekende waarden in de patiëntmonitor die
ook door een extern apparaat worden geleverd. Deze waarden
zijn direct of indirect afhankelijk van andere metingen of eigen
invoer (b.v. lengte en gewicht) die kunnen verschillen tussen de
patiëntmonitor en het externe apparaat. Om deze reden kan
hetzelfde getal met enigszins verschillende waarden zichtbaar zijn.
Het is mogelijk dat één van de oorspronkelijke gemeten waarden
opgenomen is vanuit de patiëntmonitor terwijl fysiologisch
gerelateerde waarden ontvangen worden van een extern apparaat.
Dit kan leiden tot een situatie waarbij het lijkt of de berekening
of relatie tussen twee waarden onjuist is.
Alle aperiodieke waarden worden blanco op de patiëntmonitor
aangegeven als de verbinding verbroken wordt, (b.v. als het apparaat
uitgeschakeld is) of wanneer er nieuwe waarden worden geselecteerd
voor het standaard beeld, de trendgrafieken, registraties of
berekeningen. De waarden blijven blanco totdat de volgende meting
door het externe apparaat wordt verricht en de verbinding hersteld is.
6 Configureerbare instellingen
23