Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Pompnalooptijd En Pompmodus Instellen; Aanloopgedrag; Product Aan Gebruiker Opleveren; Pompmodus - Vaillant VKK 1206/3 L-NL R1 ecoCRAFT exclusive Installatie- En Onderhoudshandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor VKK 1206/3 L-NL R1 ecoCRAFT exclusive:
Inhoudsopgave

Advertenties

8.5

Pompnalooptijd en pompmodus instellen

Onder d.01 kunt u de pompnalooptijd instellen.
Onder d.72 kunt u de pompnalooptijd van een aan het pro-
duct direct aangesloten boilerlaadpomp instellen.
Als de boilerlaadpomp aan een regelaar VRC 630/700 of
VRS 620 aangesloten is, stel de nalooptijd dan aan de rege-
laar in.
Onder d.18 kunt u de pompmodi Eco (intermitterend) of
Comfort (verder lopend) instellen.
Bij Comfort wordt de externe toestelpomp ingeschakeld als:
de kamerthermostaat via klem 3-4-5 warmte aanvraagt
en
de kamerthermostaat of inbouwthermostaat via de klem
7-8-9 een gewenste waarde van de aanvoertemperatuur
boven 30 °C of via eBUS groter dan 20 °C opgeeft en
het product zich in de wintermodus bevindt (draaiknop
CV-aanvoertemperatuur niet op linkse aanslag) en
de aanlegthermostaat gesloten is.
De pomp wordt uitgeschakeld als:
één van de hierboven genoemde voorwaarden niet meer
vervuld is en
de pompnalooptijd is afgelopen.
De branderwachttijd heeft geen invloed op de pomp. Als
één van de voorwaarden tijdens de nalooptijd wegvalt, wordt
deze toch beëindigd.
Eco is zinvol om bij erg geringe warmtebehoefte en grote
temperatuurverschillen tussen gewenste waarde warmwa-
terbereiding en gewenste waarde CV-bedrijf de restwarmte
na een warmwaterbereiding af te voeren. Hierdoor vermijdt
u dat woonruimtes te weinig verwarmd worden. Bij warmte-
vraag wordt de pomp na verstrijken van de nalooptijd telkens
binnen 30 minuten één keer gedurende 5 minuten ingescha-
keld.
Als een temperatuursensor in de retour aangesloten is:
Als de retourtemperatuur van het CV-water snel daalt, dan
loopt de pomp (binnen 30 minuten) langer dan de minimale
looptijd van vijf minuten. De modus "intermitterend" kan op
elk moment door de branderstart onderbroken worden en de
pomp loopt in normale CV-functie.
8.6

Aanloopgedrag

Bij een warmteaanvraag gaat het product ca. 15 seconden
in de status S.02 (pompaanvoer), daarna wordt de ventilator
gestart (S.01 ... S.03).
Na het bereiken van het starttoerental wordt de gasklep geo-
pend en de brander gestart(S.04).
Het product wordt nu afhankelijk van de keteltemperatuur 30
tot 60 seconden met minimumvermogen gebruikt. Afhanke-
lijk van de afwijking van de gewenste waarde wordt daarna
de berekende gewenste toerentalwaarde ingesteld.
0020241677_03 Installatie- en onderhoudshandleiding
9

Product aan gebruiker opleveren

1.
Plak na de installatie de bijgeleverde sticker 835593
in de taal van de gebruiker op de voorkant van het
product.
2.
Geef aan de gebruiker uitleg over positie en werking
van de veiligheidsinrichtingen.
3.
Instrueer de gebruiker over de bediening van het pro-
duct. Beantwoord alle vragen. Wijs de gebruiker vooral
op de veiligheidsvoorschriften die hij in acht moet ne-
men.
4.
Informeer de gebruiker erover dat het product volgens
de opgegeven intervallen dient te worden onderhou-
den.
5.
Overhandig de gebruiker alle handleidingen en pro-
ductpapieren, zodat hij/zij deze kan bewaren.
6.
Instrueer de gebruiker over getroffen maatregelen voor
de VLT/VGA en wijs hem erop dat hij aan de VLT/VGA
niets mag veranderen.
7.
Wijs de gebruiker erop dat de handleidingen in de
buurt van het product moeten worden bewaard.
8.
Informeer de gebruiker over het controleren van de
vereiste installatiedruk en over de maatregelen die hij
indien nodig moet nemen bij het bijvullen en ontluchten
van de CV-installatie.
9.
Wijs erop dat bij het vullen van de CV-installatie met de
ter plaatse beschikbare waterkwaliteit rekening gehou-
den moet worden.
10.
Wijs de gebruiker op de juiste (efficiënte) instelling van
temperaturen, thermostaten en thermostaatkranen.
10 Product aan gebruiker opleveren
1.
Plak na de installatie de bijgeleverde sticker in de taal
van de gebruiker op de voorkant van het product.
2.
Geef aan de gebruiker uitleg over positie en werking
van de veiligheidsinrichtingen.
3.
Instrueer de gebruiker over de bediening van het pro-
duct. Beantwoord al zijn vragen. Wijs de gebruiker
vooral op de veiligheidsvoorschriften die hij in acht
moet nemen.
4.
Informeer de gebruiker over de noodzaak om het pro-
duct volgens de opgegeven intervallen te laten onder-
houden.
5.
Overhandig de gebruiker alle handleidingen en pro-
ductpapieren, zodat hij/zij deze kan bewaren.
6.
Instrueer de gebruiker over getroffen maatregelen voor
de VLT/VGA en wijs hem erop dat hij aan de VLT/VGA
niets mag veranderen.
7.
Wijs de gebruiker erop dat de handleidingen in de
buurt van het product moeten worden bewaard.
8.
Informeer de gebruiker over het controleren van de
vereiste installatiedruk en over de maatregelen die hij
indien nodig moet nemen bij het bijvullen en ontluchten
van de CV-installatie.
9.
Wijs erop dat bij het vullen van de CV-installatie met de
ter plaatse beschikbare waterkwaliteit rekening gehou-
den moet worden.
10.
Wijs de gebruiker op de juiste (efficiënte) instelling van
temperaturen, thermostaten en thermostaatkranen.
21

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave