– Er worden Dolby TrueHD-signalen met een
bemonsteringsfrequentie van meer dan
176,4 kHz en hoger ontvangen.
Tip
De grootte van een luidspreker (LARGE/SMALL)
wordt bepaald door de lage karakteristieken. De
meetresultaten kunnen variëren, afhankelijk van de
positie van de optimaliseringsmicrofoon en de
luidsprekers en de vorm van de ruimte. Het wordt
aangeraden om de meetresultaten te gebruiken. U
kunt echter deze instellingen veranderen in het
Speaker-instelmenu. Zorg eerst dat de
meetresultaten opgeslagen worden en probeer
daarna, indien gewenst, de instellingen te
veranderen.
De Auto Calibration-resultaten
controleren
Controleer de eventuele waarschuwing in
stap 7 van "Auto Calibration uitvoeren" (zie
blz. 49) en gebruik de receiver zonder
aanpassing. Of voer de autokalibratie opnieuw
uit.
Lijst van meldingen na een automatische-kalibratiemeting
Display
Uitleg
Code 30
Hoofdtelefoon is aangesloten. Verwijder de hoofdtelefoon en voer de automatische kalibratie
opnieuw uit.
Code 31
SPEAKERS (A/B/A+B/OFF) is ingesteld op OFF. Kies een andere instelling en voer
opnieuw de meting uit.
Code 32
Geen enkele luidspreker werd aangetroffen. Zorg ervoor dat de optimaliseringsmicrofoon op
juiste wijze is aangesloten en voer opnieuw de meting uit.
Als de optimalisatiemicrofoon op de juiste wijze is aangesloten maar de foutcode verschijnt,
kan de kabel van de optimalisatiemicrofoon beschadigd of verkeerd aangesloten zijn.
Code 33
• Geen enkele voorluidspreker is aangesloten of slechts een voorluidspreker is aangesloten.
• De optimalisatiemicrofoon is niet aangesloten.
• De linker of de rechter achterluidspreker is niet aangesloten.
• De middenachterluidsprekers zijn aangesloten, ook al zijn de achterluidsprekers niet
aangesloten. Sluit de achterluidspreker(s) op de SURROUND-aansluitingen aan.
• De middenachterluidspreker is alleen aangesloten op de SURROUND BACK/ZONE 2 R-
aansluitingen. Als u slechts een middenachterluidspreker aansluit, moet u deze aansluiten
op de SURROUND BACK/ZONE 2 L-aansluiting.
• Er is slechts één hoge voorluidspreker aangesloten. Sluit een hoge voorluidspreker aan op
elke FRONT B/FRONT HIGH-aansluiting.
• Hoge voorluidsprekers zijn aangesloten terwijl er geen achterluidsprekers zijn aangesloten.
Sluit de achterluidspreker(s) op de SURROUND-aansluitingen aan.
52
NL
Wanneer zich een fout voordoet
tijdens het kalibreren
1
Druk op B/b om "Yes" te selecteren en
druk vervolgens op
occurred during calibration, press to
investigate." op het scherm verschijnt.
Controleer de meetresultaten en breng de
nodige correcties aan.
2
Druk op B/b om "Retry" te selecteren
en druk dan op
3
Herhaal stap 6 tot 7 van "Auto
Calibration uitvoeren" (zie blz. 49).
Meetresultaten met een
foutmelding opslaan zonder te
corrigeren
1
Druk op B/b om "No" te selecteren en
druk vervolgens op
occurred during calibration, press to
investigate." op het scherm verschijnt.
2
Volg de procedure onder "De
meetresultaten opslaan" (zie blz. 51)
om de meetresultaten op te slaan.
wanneer "Error
.
wanneer "Error