• TBCP-filter – geef hier [Inschakelen] of [Uitschakelen] op voor het TBCP-filter
tijdens de verwerking van Postscript-gegevens.
EtherTalk
Wordt gebruikt om EtherTalk in te stellen.
• Poortstatus - kies [Inschakelen] of [Uitschakelen] om de poortstatus van EtherTalk
in of uit te schakelen.
• PJL - PJL-opdrachten zijn vereist wanneer wordt afgedrukt met gebruik van de
printerdriver. Geef [Inschakelen] of [Uitschakelen] op voor de PJL-opdrachten die
vanaf de pc worden verzonden.
USB
Wordt gebruikt om USB in te stellen.
• Poortstatus - kies [Inschakelen] of [Uitschakelen] om de poortstatus van USB in of
uit te schakelen.
• Mode Afdrukken - geef de methode voor het verwerken van afdrukgegevens
(toegepaste printertaal) op. Als [Auto] is geselecteerd, registreert het apparaat de
printertaal van de ontvangen gegevens automatisch en vertaalt en drukt deze
gegevens correct af. Als [PCL] of [PS] is geselecteerd, worden de gegevens die van
de pc worden ontvangen als respectievelijk elk van deze gegevenssoorten verwerkt.
• PJL - PJL-opdrachten zijn vereist wanneer wordt afgedrukt met gebruik van de
printerdriver. Geef [Inschakelen] of [Uitschakelen] op voor de PJL-opdrachten die
vanaf de pc worden verzonden.
• Auto-uitwerptijd - geef hier op hoe lang moet worden gewacht voordat het papier
automatisch uit de printer wordt geworpen indien er geen gegevens door de printer
worden ontvangen. Hier kan een periode van tussen 5 en 1275 seconden worden
opgegeven, in stappen van 5 seconden.
• Adobe Protocol – geef het Postscript-communicatieprotocol op. Selecteer [Normaal]
als het communicatieprotocol is ingesteld op ASCII-indeling. Selecteer [Binair] als
het communicatieprotocol is ingesteld op binaire indeling. De verwerking van
sommige gegevens zal hiermee sneller verlopen dan met [Normaal]. Selecteer
[TBCP] om te schakelen tussen de specifieke regelcodes wanneer bij de
communicatieprotocollen zowel ASCII- als binaire indelingen zijn betrokken.
Port9100
Wordt gebruikt om Port9100 in te stellen.
• Poortstatus - kies [Inschakelen] of [Uitschakelen] om de poortstatus van Port9100
in of uit te schakelen.
• Mode Afdrukken - geef de methode voor het verwerken van afdrukgegevens
(toegepaste printertaal) op. Als [Auto] is geselecteerd, registreert het apparaat de
printertaal van de ontvangen gegevens automatisch en vertaalt en drukt deze
gegevens correct af. Als [PCL] of [PS] is geselecteerd, worden de gegevens die van
de pc worden ontvangen als respectievelijk elk van deze gegevenssoorten verwerkt.
Xerox CopyCentre/WorkCentre 118 Handleiding voor de gebruiker
Afdrukinstellingen
153