Ethernet-Instellingen - Xerox CopyCentre C118 Handleiding Voor De Gebruiker
Verberg thumbnails
Zie ook voor CopyCentre C118:
- Handleiding (2 pagina's) ,
- Referentiehandleiding (123 pagina's)
Inhoudsopgave
Advertenties
Geef op of u Internetservices wilt gebruiken. Als [Inschakelen] wordt geselecteerd, kan
de status van het apparaat of van opdrachten worden weergegeven met CentreWare
Internetservices of kunnen de apparaatinstellingen worden gewijzigd via een
webbrowser.
WINS-server
• DHCP-adres verkrijgen – geef op of het IP-adres voor gebruik van WINS vanaf de
DHCP-server automatisch of handmatig moet worden opgegeven.
• Primaire IP, Secundaire IP – deze opties worden gebruikt om automatisch
verkregen adressen of handmatig ingestelde adressen te bevestigen. Adressen
moeten worden ingevoerd in de notatie xxx.xxx.xxx.xxx. Iedere groep van 3 cijfers
(xxx) moet binnen het bereik 0 - 255 zijn. Als het primaire IP-adres ongeldig is, is het
secundaire IP-adres ook ongeldig.
Ethernet-instellingen
Stelt de communicatiesnelheid/connectortype in van de Ethernet-interface. Als [Auto]
wordt geselecteerd, wordt automatisch 100BASE-TX of 10BASE-T geselecteerd.
Selecteer [100BASE-TX] als Ethernet wordt vastgezet op 100BASE-TX voor gebruik.
Selecteer [10BASE-T] als Ethernet wordt vastgezet op 10BASE-T voor gebruik.
IPX/SPX-frametype
Geef de volgende types op voor IPX/SPX-frametype: [Ethernet II], [Ethernet 802.3],
[Ethernet 802.2] of [Ethernet SNAP]. Als [Auto] wordt geselecteerd, wordt het
frametype automatisch opgegeven.
Filter
• IP-filter – geef op of afdrukken wel of niet beperkt moet worden door het IP-adres.
Als [Aan] is geselecteerd, kan alleen vanaf een geregistreerd adres worden
afgedrukt.
• IP-adres – als afdrukken door het IP-adres wordt beperkt, dient het IP-adres te
worden geregistreerd om afdrukken te accepteren. Er kunnen maximaal tien
IP-adressen worden geregistreerd. Het geregistreerde IP-adres moet worden
ingesteld met het IP-adresmasker. Gebruik voor het IP-adres of IP-masker de
notatie: xxx.xxx.xxx.xxx.xxx.
*1 Gebruik de volgende opties bij het invoeren van tekst.
[Voer nummer in]: selecteer deze optie om nummers in te voeren.
[Voer alfabet in]: selecteer deze optie om alfabetische tekens in te voeren.
[Tekstinvoer]: selecteer deze optie om de ingevoerde tekst te bevestigen.
Xerox CopyCentre/WorkCentre 118 Handleiding voor de gebruiker
Afdrukinstellingen
155
Advertenties
Inhoudsopgave
