Inbedrijfstelling
7.4
Wielen monteren
132
Gebruik voor de wielmontage:
(1) Conische ringen voor de wielmoeren.
(2) alleen velgen met een passende verdieping voor opname van de
conusring.
Is de machine met noodwielen uitgerust, dan moeten voor de inge-
bruikname loopwielen worden gemonteerd.
WAARSCHUWING
•
Er mogen uitsluitend banden worden gebruikt die aan de
technische specificaties (pagina 55) voldoen.
•
Bij de velgen die voor de loopwielen worden gebruikt, moet
de velgplaat rondom gelast zijn!
Voor banden met een diameter groter dan 1860 mm moet een ver-
lengstuk voor de hydraulische steunpoot en de ladder worden aange-
bracht.
1. Licht de machine een stukje op met een hijskraan.
GEVAAR
Gebruik hiervoor de gemarkeerde bevestigingspunten voor hijs-
riemen.
Zie hiervoor ook het hoofdstuk "Op- en afladen", pagina 38.
2. Wielmoeren van de noodwielen lossen.
3. Noodwielen afnemen.
VOORZICHTIG
Opgelet bij het afnemen van de noodwielen en het plaatsen van
de loopwielen!
4. Loopwielen over de wielbouten schuiven.
UX 11200 BAG0101.9 11.17