40 Telefoonfuncties
Tip
Een oproep starten vanuit Contacts (Contactpersonen)
1.
Klik in het beginscherm op Contacts (Contactpersonen) (als dit wordt
weergegeven) of klik op Start > Contacts (Contactpersonen).
2.
Selecteer de gewenste contactpersoon en druk op (
Aangeven welk nummer moet worden gekozen
Wanneer u een oproep start vanuit de lijst met contactpersonen, wordt
standaard het mobiele telefoonnummer (m) van de contactpersoon
gekozen. U kunt echter ook een ander telefoonnummer kiezen.
1.
Klik in het beginscherm op Contacts (Contactpersonen) (als dit wordt
weergegeven) of klik op Start > Contacts (Contactpersonen).
2.
Selecteer de gewenste contactpersoon.
3.
Ga met de navigatietoets naar links of rechts. De letter waarmee het
nummer wordt aangegeven wordt gewijzigd in m (mobiel), w (werk)
of h (huis).
4.
Druk op (
•
Als u gegevens voor de geselecteerde contactpersoon wilt
weergeven of bewerken, klikt u op Menu > Edit (Bewerken).
•
Als u een contactpersoon wilt opslaan op de SIM-kaart, klikt u op
Menu > Save to SIM (Opslaan op SIM).
Zie hoofdstuk 5 voor meer informatie over contactpersonen.
Wanneer u een cijfertoets op het toetsenblok indrukt, zoekt de telefoon in
de contactpersonen, oproepgeschiedenis, snelkeuzenummers en op de
SIM-kaart naar overeenkomende namen of nummers en geeft deze in een
lijst weer. Als u bijvoorbeeld 5 indrukt, worden namen die beginnen met J, K
en L, en telefoonnummers die beginnen met een 5 weergegeven. Met elke
volgende toets waarop u drukt, wordt de zoekactie verder verfijnd. Als u
de naam van de persoon die u wilt bellen ziet, selecteert u deze en drukt u
op (
).
) om het nummer te kiezen.
).