machine te stoppen, neemt u uw voet van het
tractiepedaal en laat u het terugkeren in de
of trapt u het achteruit-pedaal in.
NEUTRAALSTAND
Opmerking:
Als u met de machine een helling
afdaalt, zult u soms het achteruitpedaal moeten
gebruiken om te stoppen.
•
Oefen met het ontwijken van obstakels met de
maaidekken omhoog en omlaag. Wees voorzichtig
als u tussen smalle objecten rijdt zodat u de
machine of de maaidekken niet beschadigt.
•
Rijd altijd langzaam op oneffen terrein.
•
Als u een obstakel tegenkomt, moet u de
maai-eenheden tillen zodat u er omheen kunt
maaien.
•
Als u de machine van het ene maaigebied naar het
andere rijdt, moet u de maai-eenheden volledig
omhoog brengen, de aftakas uitschakelen, de
schakelaar Maaidekken/transport op T
zetten en de gashendel op S
Maaipatronen veranderen
Verander vaak het maaipatroon om te vermijden dat
het maairesultaat onvolmaaktheden vertoont die te
wijten zijn aan herhaald maaien in één richting.
Tegengewicht
Het tegengewichtsysteem oefent hydraulische
tegendruk uit op de hefcilinders van de maaidekken.
Deze druk verbetert de tractie doordat het gewicht
van de maaidekken wordt verplaatst naar de
aandrijfwielen van de maaier. De druk van het
tegengewicht is standaard ingesteld voor een optimale
balans tussen maairesultaat en tractie in de meeste
omstandigheden.
De instelling van het tegengewicht verlagen kan
de maai-eenheid stabieler maken, maar de tractie
verminderen. De instelling van het tegengewicht
verhogen kan zorgen voor meer tractie, maar
resulteren in een slecht maairesultaat. Raadpleeg de
Onderhoudshandleiding van uw tractie-eenheid voor
instructies om de druk van het tegengewicht aan te
passen.
Problemen met het maairesultaat
oplossen
Raadpleeg de After-cut Appearance Troubleshooting
Guide (gids voor het oplossen van problemen met het
maairesultaat) op www.Toro.com.
RANSPORT
zetten.
NEL
54
De juiste maaitechnieken
gebruiken
•
Om te beginnen met maaien, schakelt u de
maaidekken in en rijdt u langzaam naar het
maaigebied.
•
Om in een professioneel recht patroon en in
banen te kunnen maaien zoals voor sommige
werkzaamheden is vereist, moet u een boom of
een ander object in de verte uitkiezen en recht
daarop af rijden.
•
Zodra de voorste maai-eenheden de rand van het
maaigebied bereiken, maakt u een druppelvormige
bocht om snel in de juiste positie te komen voor
de volgende baan.
•
Er zijn met bouten monteerbare mulchplaten
verkrijgbaar voor de maaidekken. De mulchplaten
leveren uitstekende prestaties als u het gazon
volgens een vast schema onderhoudt. Dit
voorkomt dat per maaibeurt meer dan 25 mm
gras wordt afgemaaid. Als er te hoog gras
wordt gemaaid wanneer de mulchplaten zijn
gemonteerd, kan het gazon er na het maaien
minder fraai uitzien en moet er meer kracht worden
gebruikt om het gras te maaien. De mulchplaten
zijn ook uitstekend geschikt om in de herfst
bladeren fijn te maken.
De juiste maaihoogte-instelling
voor de omstandigheden kiezen
Verwijder bij het maaien niet meer dan ongeveer
25 mm of ⅓ van de grassprieten. Bij zeer lang,
mals en dicht gras moet u misschien de maaihoogte
vergroten.
Maaien met scherpe messen
Een scherp mes snijdt het gras netjes af, zonder
rukken of scheuren, zoals een bot mes wel zou doen.
Als het gras inscheurt of kapot wordt getrokken,
wordt het bruin aan de punten, waardoor het gras
minder goed groeit en vatbaarder wordt voor ziekten.
Controleer of het mes in een goede staat verkeert en
over een volledige vleugel beschikt.
De toestand van het maaidek
controleren
Controleer of de maaikamers in een goede staat
zijn. Buig eventueel onderdelen van de maaikamer
recht om ervoor te zorgen dat er voldoende speling is
tussen de rand van het mes en de maaikamer.