Koud en warm water
De instellingen voor warmtapwater wordt verricht in menu
7.1.1 - "Warmwater".
KOUD EN WARM WATER AANSLUITEN
Als volgt installeren:
•
afsluiter
•
mengklep
Er moet ook een mengklep worden geïnstalleerd als de
fabrieksinstelling voor het warmtapwater wordt gewijzigd.
Houd rekening met lokale wet- en regelgeving.
1
•
terugslagklep
1 Alleen VVM S320 voor Denemarken en Noorwegen.
XL3
XL4
NIBE VVM S320 R 3X400V NL
Als volgt installeren:
•
afsluiter
•
terugslagklep
•
drukontlastklep
Het overstortventiel mag een openingsdruk hebben van
max. 1,0 MPa (10,0 bar) en moet op de inkomende leiding
voor water voor huishoudelijk gebruik worden gemonteerd,
zie de tekening.
•
mengklep
Er dient een mengklep te worden geïnstalleerd als de fa-
brieksinstelling is gewijzigd en toestaat dat de temperatuur
tot boven 60 °C kan stijgen. De nationale regelgeving moet
worden nageleefd.
XL3
XL4
Alternatieve installatie
Kijk voor meer informatie over de beschikbare alternatieven
op
nibenl.nl
en in de relevante montage-instructies voor de
gebruikte accessoires. Zie paragraaf "Accessoires" voor een
lijst met accessoires die met de VVM S320 kunnen worden
gebruikt.
EXTRA WARMTAPWATERKETELS
Bij installatie van een grote badkuip of een andere grote
warmtapwaterverbruiker kan het systeem worden uitgebreid
met een extra boiler. In dat geval wordt er een mengklep
geïnstalleerd op de warmtapwateruitgang van de boiler.
NIBE VVM S320
Ketel met elektrisch verwarmingselement
In een boiler met elektrisch verwarmingselement wordt het
water eerst verhit door de warmtepomp. Het elektrische
verwarmingselement in de boiler wordt gebruikt voor warm
houden en als de warmtepomp niet voldoende vermogen
heeft.
De aanvoer van de boiler wordt aangesloten na VVM S320.
EXTRA AFGIFTESYSTEEM
In gebouwen met meerdere klimaatsystemen die verschil-
lende aanvoertemperaturen verlangen, kan het accessoire
ECS 40/ECS 41 worden aangesloten.
Een shuntklep verlaagt dan bijvoorbeeld de temperatuur
naar het vloerverwarmingssysteem.
-EP21
-EP21-AA25
-EP21-BT2
-EP21-BT3
-EP21-QN25
WARMTAPWATERCIRCUIT
Een circulatiepomp kan worden aangestuurd door VVM S320
voor de circulatie van het warmtapwater. Het circulerende
water moet een temperatuur hebben waarmee bacteriegroei
en brandwonden worden voorkomen en landelijke standaar-
den moeten worden nageleefd.
De HWC-retour kan worden aangesloten op een XL5 of een
vrijstaande ketel. Als na de warmtepomp een elektrische
boiler wordt aangesloten, moet de HWC-retour op de boiler
worden aangesloten.
De circulatiepomp wordt geactiveerd via de AUX-uitgang in
menu 7.4 -"Te selecteren in-/uitgangen".
Hoofdstuk 4 | Aansluiting van de leidingen
-EP21-GP10
-QZ1
-QZ1-FQ3
-QZ1-RN1
-QZ1-RM1
-QZ1-GP11
19