Onderhoud
Demontage
Voer de volgende stappen uit:
1.
2.
3.
4.
®
56
Aandacht
Gevoelige componenten.
Beschadiging aan deze onderdelen kan een gestoorde werking
veroorzaken.
► De schacht van de ventielschotel (15) mag bij het uittrekken van het
ventiel niet tegen de ventielbehuizing (401) slaan!
► Ventielinzet niet op de ventielschotel plaatsen maar neerleggen.
Drie cilinderschroeven (25) losdraaien en kap (b1) afnemen.
Ventielschotel (15) optillen:
®
veersluitend ventiel (NC): Aandrijving aan aansluiting (22) beluchten met
perslucht, max. 8 bar door activering van het stuurventiel (Y1) aan het
handbediende element (S)
®
Veeropenend ventiel (NO): Aandrijving ontluchten.
®
De ventielschotel (15) wordt opgetild.
Klemverbinding (43.3) verwijderen.
Ventiel uit de behuizing (401) trekken of behuizing (401) afnemen.
! Ventielinzet niet op de ventielschotel plaatsen maar neerleggen.
De onderste ventielschotel is vrijgelegd.
430BAL011665NL_5
20.03.2023