Algemeen overzicht
van de machine
Figuur 38
1. Motorkap
2. Stoel
3. Bedieningsarm
4. Stuurwiel
Bedieningsorganen
Afstelknoppen van stoel
Met de stoelverstelhendel kunt u de stoel naar voren
en naar achteren schuiven
instelhendel voor het gewicht kunt u de stoel aan uw
gewicht aanpassen. De meter voor de instelling van
het gewicht geeft aan wanneer de stoel is ingesteld
naar uw gewicht. Met de instelhendel voor de hoogte
kunt u de stoel aan uw lengte aanpassen.
Figuur 39
1. Gewichtmeter
2. Instelknop voor gewicht
g216864
5. Stoelafstelling
6. Voormaaidekken
7. Achtermaaidekken
(Figuur
39). Met de
g003954
3. Instelknop voor hoogte
4. Instelhendel
Tractiepedaal
Het tractiepedaal regelt de beweging vooruit en
achteruit
(Figuur
40). Om vooruit te rijden, moet u de
bovenkant van het pedaal intrappen en om achteruit
te rijden de onderkant van het pedaal. De rijsnelheid
hangt af van hoever het pedaal wordt ingetrapt. Voor
de maximale rijsnelheid zonder belasting, stelt u
het motortoerental in op S
volledig in.
Om te stoppen, laat u het tractiepedaal opkomen en
weer terugkeren in de middelste stand.
1. Tractiepedaal
2. Maaitoerentalbegrenzer
3. Afstandsstukken
Hendel voor maaien/transport
Gebruik de hendel voor maaien/transport
om de machine in de M
te schakelen. Duw de hendel naar voren om de
M
te selecteren, en naar achteren om de
AAIMODUS
T
te selecteren.
RANSPORTMODUS
Opmerking:
De maaidekken kunnen niet
worden neergelaten als de maai-/hefhendel in de
staat.
TRANSPORTSTAND
Maaitoerentalbegrenzer
Als de begrenzer voor de maaisnelheid is
omhooggeklapt, kunt u de maaisnelheid regelen en
de maaidekken inschakelen
afstandsstuk kunt u de maaisnelheid met ongeveer
0,8 km/u wijzigen. Hoe meer afstandsstukken
u bovenaan de bout plaatst, des te lager zal de
maaisnelheid zijn. Om de machine te transporteren,
23
en trapt u het pedaal
NEL
Figuur 40
4. Rempedaal
5. Parkeerrem
6. Pedaal voor
stuurverstelling
(Figuur
- of T
AAI
RANSPORTMODUS
(Figuur
40). Met elk
g003955
40)