Het type sluiter wordt automatisch omgeschakeld aan de hand van de
opnameomstandigheden en de sluitertijd.
Mechanische sluiter:
Neemt op met alleen de mechanische sluiter.
Elektronische sluiter:
Neemt op met alleen de elektronische sluiter.
De beschikbaarheid van flitsopnamen, sluitertijd en met of zonder sluitergeluid is
voor elke instelling zoals hieronder vermeld:
Mechanische sluiter
Flitser:
Sluitertijd: BULB tot 1/2000 seconde
Sluitergeluid: mechanische-sluitergeluid en elektronische-sluitergeluid
Elektronische sluiter
*1
Flitser:
Sluitertijd: 30 seconden tot 1/32000 seconde
Sluitergeluid: elektronische-sluitergeluid
*1
Bij opnemen met de flitser is de sluitertijd beperkt tot 1/100 seconde of langzamer.
*2
Het instelbereik van de sluitertijd verschilt per opnamefunctie.
*3
Om het elektronische-sluitergeluid uit te schakelen, stelt u [Audiosignalen] in op [Uit].
Hint
Stel in de volgende situaties [
[Elektronische sluiter].
Tijdens opnemen met een snelle sluiter in een heldere omgeving, zoals buiten in fel
zonlicht, op het strand of op een sneeuwhelling.
Wanneer u de sluitertijd wilt verkorten bij ononderbroken opnemen en ononderbroken
opnemen met sluitertijdprioriteit.
Stel in de volgende situaties [
[Mechanische sluiter].
Wanneer u de flitser wilt gebruiken bij een sluitertijd korter dan 1/100 seconde.
Wanneer u zich zorgen maakt om vervorming van het beeld als gevolg van de
bewegingen van het onderwerp of de bewegingen van de camera.
Opmerking
Tijdens het opnemen met de elektronische sluiter, kunnen vervormingen van
het beeld optreden als gevolg van bewegingen van het onderwerp of de
*2
*2
*3
Sluitertype] in op [Automatisch] of
Sluitertype] in op [Automatisch] of
*3