4.3.2
Typecode
Nr.
1
Naam van de
besturingseenheid
2
Aantal
Reflexomat RS 90 / 1, RG 1000 l, RF 1000 l
compressoren
3
Basisvat "RG"
4
Nominaal volume
5
Volgvat "RF"
6
Nominaal volume
4.4
Functie
1
Bijvullen van water d.m.v. "Fillcontrol Auto"
2
Besturingseenheid
3
Basisvat als expansievat
4
Volgvat als aanvullend expansievat
WC Bijvulleiding
PIS
Druksensor
SV
Veiligheidsklep
PV
Magneetventiel
LIS
Drukmeetcel voor het bepalen van het niveau waterpeil
EC
Expansieleiding
Expansievaten
Het is mogelijk om een basisvat en optioneel meerdere volgvaten aan te sluiten.
Door een membraan worden de vaten gesplitst in een lucht- en een waterkamer
waardoor voorkomen wordt, dat zuurstof in het expansiewater binnendringt.
Het basisvat wordt hydraulisch op de besturingseenheid (luchtzijde) en het
installatiesysteem aangesloten. De drukbeveiliging vindt plaats aan de luchtzijde
met de veiligheidskleppen "SV" van de vaten.
Besturingseenheid
De besturingseenheid omvat een of, als optie, twee compressoren "CO" en de
"Reflex Control Touch" besturing. Via het basisvat wordt de druk met de
druksensor "PIS" en het niveau van het waterpeil met de drukmeetcel "LIS"
bepaald en op het display wordt de besturing weergegeven.
Druk houden
•
Wordt het water verwarmd zet het water uit en stijgt de druk in het
installatiesysteem. Als de via de besturing ingestelde druk wordt
overschreden, opent het magneetventiel "PV" zodat lucht kan ontsnappen
uit het basisvat. Er stroomt water uit de installatie in het basisvat en de
druk in het installatiesysteem daalt tot de druk in het installatiesysteem en
in het basisvat hetzelfde is.
•
Als het water afkoelt, daalt de druk in het installatiesysteem. Als de
ingestelde druk wordt onderschreden, schakelt de compressor "CO" in en
pompt druklucht in het basisvat. Daardoor wordt het water uit het basisvat
in het installatiesysteem verdrongen. De druk in de installatie stijgt.
Typecode – Reflexomat RS
1 2 3 4
5
6
Reflexomat Touch — 03.09.2020 - Rev. A
I/O-module (optionele uitbreidingsmodule)
Bijvullen
Het bijvullen van water wordt geregeld via de besturing. Het waterniveau wordt
bepaald m.b.v. de van de drukmeetcel "LIS" en naar de besturing gestuurd. De
besturing regelt vervolgens een externe bijvulling. Het bijvullen van water
geschiedt op gecontroleerde wijze (door de bijvultijd en bijvulcycli te bewaken)
direct in het installatiesysteem.
Wordt het minimale waterniveau in het basisvat onderschreden, wordt een
storingsmelding van de besturing uitgegeven en op het display weergegeven.
Opmerking!
Extra uitrusting voor het bijvullen van water, zie hoofdstuk 4.6
"Optionele uitrusting" op pagina 5.
4.5
Levering
De levering wordt beschreven op de leverbon en de inhoud wordt op de
verpakking aangegeven.
Controleer de levering onmiddellijk na ontvangst op volledigheid en eventuele
transportschade. Meld transportschade onmiddellijk na ontvangst.
Basisuitrusting voor het drukbehoud:
•
Besturingseenheid met 1 of 2 compressoren, incl. drukluchtleiding(en).
•
Basisvat met flexibele wateraansluiting.
•
Drukmeetcel "LIS" voor de niveaumeting.
4.6
Optionele uitrusting
•
Volgvaten met aansluitsets voor aansluiting op basisvat.
•
Voor het bijvullen van water
–
Bijvulling zonder pomp:
•
Magneetventiel "Fillvalve" met kogelkraan en Reflex Fillset
i.v.m. bijvulling met drinkwater.
–
Bijvulling met pomp:
•
Reflex Fillcontrol Auto, met geïntegreerde pomp en een
netscheidingsreservoir, of Auto Compact
•
Voor het bijvullen en ontgassen van water:
–
Reflex Servitec S
–
Reflex Servitec 35-95
•
Fillset voor de bijvulling met drinkwater.
–
Met geïntegreerde systeemscheiding, watermeter, vuilvanger en
afsluitkleppen voor de bijvulleiding "WC".
•
Fillset impuls met contactwatermeter FQIRA+ voor de bijvulling met
drinkwater.
•
Fillsoft voor de ontharding of ontzilting van het bijvulwater uit het
drinkwaternet.
–
Fillsoft wordt aangesloten tussen Fillset en het apparaat. De
besturingseenheid van het apparaat analyseert de bijvulhoeveelheid
en signaleert de nodige vervanging van de onthardingspatronen.
•
Optionele uitbreidingen voor Reflex-besturingen:
–
I/O-modules voor de klassieke communicatie, zie hoofdstuk 5 "I/O-
module (optionele uitbreidingsmodule)" op pagina 5.
–
Master-slave-connect voor gecombineerde schakelingen met een
maximum van 10 apparaten.
–
Bus-modules:
•
Profibus DP
•
Ethernet
•
Membraanbreuksensor
Opmerking!
Met de extra uitrusting worden aparte bedieningshandleidingen
geleverd.
5
I/O-module (optionele uitbreidingsmodule)
De I/O-module wordt in de fabriek aangesloten en bekabeld.
De module wordt gebruikt om de in- en uitgangen van de Control Touch
besturing uit te breiden.
Zes digitale ingangen en zes digitale uitgangen worden gebruikt om meldingen
en alarmen te verwerken:
Nederlands — 5