Storingscode
Soort
Betekenis
code
6L
2 2 9
+
Er is onvoldoende ionisatiestroom gemeten
tijdens het branden.
7A
5 5 0
De netspanning is te laag.
8C
3 7 3
De branderthermostaat heeft, vaker dan is
toegestaan, een te hoge temperatuur geme-
ten.
8C
3 7 4
Er is, vaker dan toegestaan, onvoldoende io-
nisatiestroom gemeten tijdens het branden.
9A
2 3 5
De geplaatste jumper correspondeert niet
met het toesteltype.
9L
2 3 8
De branderautomaat is defect.
C0
2 8 8
De waterdruk is te hoog of de contacten van
de druksensor zijn onderbroken.
C0
2 8 9
De contacten van de druksensor zijn kortge-
sloten.
CA
2 8 6
De retourtemperatuursensor heeft een cv-re-
tourtemperatuur gemeten die hoger is dan
105 °C.
CU
2 4 0
De contacten van de retourtemperatuursen-
sor zijn kortgesloten.
CY
2 4 1
De contacten van de retourtemperatuursen-
sor zijn onderbroken.
EE
5 5 4
De branderautomaat ziet een interne fout.
EE
6 5 7
EL
2 5 9
De branderautomaat is defect.
EL
2 7 9
Tabel 31 Displaycode
12.2
Historiemenu
In het historiemenu worden de laatste 3 vergrendelende storingscodes
opgeslagen.
▶ Druk 5 seconden op de toets "info" om het historiemenu te openen.
▶ Doorloop het menu met de pijltoetsen en .
▶ Lees de eventuele storingscodes uit.
▶ Druk op de toets "info" om het historiemenu te verlaten.
ProLine Eco • 6720885207 (2019/04)
Bedrijfs- en storingsmeldingen | 12
Oplossing
▶ Controleer de dynamische gasvoordruk.
▶ Controleer de bekabeling en de connector van de ionisatiepen.
▶ Controleer de ontstekingsunit op beschadiging en slijtage. Vervang het
onderdeel indien nodig.
▶ Controleer de netspanning van de contactdoos waarop het cv-toestel is
aangesloten.
▶ Het cv-toestel kan niet worden herstart en moet door de fabrikant worden
ontgrendeld. Neem hiervoor contact op met de fabrikant.
▶ Controleer het jumper-nummer.
▶ Plaats de jumper met het juiste jumper-nummer.
▶ Controleer de connectors en de bekabeling van de branderautomaat.
▶ Controleer de werking van het cv-toestel door de branderautomaat te
vervangen.
▶ Controleer de cv-waterdruk (< 3 bar).
▶ Controleer de connector van de druksensor.
▶ Controleer de werking van het cv-toestel door de druksensor te vervan-
gen.
▶ Controleer de cv-waterdruk en ontlucht de cv-installatie en het cv-toestel.
▶ Controleer of er voldoende stroming over de cv-installatie mogelijk is.
▶ Controleer de bekabeling en de connector van de retourtemperatuursen-
sor.
▶ Controleer de werking van het cv-toestel door de retourtemperatuursen-
sor te vervangen.
▶ Reset het cv-toestel.
▶ Controleer de werking van het cv-toestel door de branderautomaat te
vervangen.
▶ Controleer de connectors en de bekabeling van de branderautomaat.
▶ Controleer de werking van het cv-toestel door de branderautomaat te
vervangen.
29