Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Aanpassingen Tijdens Het Borduren; Draadspanning Aanpassen; Juiste Draadspanning; Bovendraad Is Te Strak - Brother 882-W04 Bedieningshandleiding

Borduur- en naaimachine
Inhoudsopgave

Advertenties

AANPASSINGEN TIJDENS HET BORDUREN

Draadspanning aanpassen

Bij het borduren moet u de draadspanning zo
instellen dat de bovendraad net zichtbaar is aan de
achterkant van de stof.

■ Juiste draadspanning

Het patroon is zichtbaar aan de achterkant van de
stof. Als de draadspanning niet juist is ingesteld,
wordt het patroon niet mooi afgewerkt. De stof kan
gaan trekken of de draad kan breken.
a Voorkant
b Achterkant
Volg een van de onderstaande procedures om de
draadspanning aan te passen aan de situatie.
Opmerking
• Als de draadspanning heel laag is ingesteld,
is het mogelijk dat de machine tijdens het
borduren zelf stopt. Dit betekent niet dat de
naaimachine niet goed functioneert.
Verhoog de draadspanning een beetje en
ga weer door met borduren.
Memo
• Als u de machine uitzet of een ander
patroon kiest, keert de draadspanning weer
terug op de automatische
standaardinstelling.
• Wanneer u een in het geheugen opgeslagen
patroon ophaalt, is de instelling van de
draadspanning daarvan hetzelfde als toen u
het patroon in het geheugen opsloeg.

AANPASSINGEN TIJDENS HET BORDUREN

■ Bovendraad is te strak

De spanning van de bovendraad is te hoog.
Hierdoor is de onderdraad zichtbaar aan de
voorkant van de stof.
Opmerking
• Als de onderdraad onjuist is ingeregen, is de
bovendraad mogelijk te strak. Zie dan
"Spoel aanbrengen" (pagina 54) en rijg de
onderdraad opnieuw in.
a Voorkant
b Achterkant
a
Druk op
.
b
Druk op
om de spanning van de
bovendraad lager te zetten. (De
spanningwaarde wordt lager.)
c
Druk op
.
5
233

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

882-w05

Inhoudsopgave