Naaldpositie controleren op het
scherm
Druk op
om met de ingebouwde camera
het naaigebied te bekijken op de display. U kunt
de naaldlocatie bekijken van twee verschillende
hoeken, en waar de naald neerkomt, zelfs als de
naald niet omlaag is gezet.
d
c
→ Het cameravenster verschijnt.
a CAMERABEELD
b RASTERWEERGAVE
c SLUITEN
d WEERGAVEHOEK
e NAALDPOSITIE
f ZOOMEN
CAMERABEELD
Druk op deze toets om een camerabeeld op te slaan
op het USB-medium.
Plaats het USB-medium in de machine om een
camerabeeld op te slaan (Zie "Een afbeelding van
het instellingenscherm opslaan op een USB-
medium" op pagina 39). De camerabeelden worden
opgeslagen onder de naam "C**.BMP". U kunt
maximaal 100 camerabeelden opslaan op één USB-
medium.
*
"**" in de naam wordt automatisch "C**.BMP"
vervangen door een getal tussen 00 en 99.
RASTERWEERGAVE
Druk op deze toets om een raster weer te geven.
SLUITEN
a
Druk op deze toets om het scherm te sluiten.
b
WEERGAVEHOEK
Telkens wanneer u op
camera tussen een vooraanzicht en een aanzicht
schuin van boven.
NAALDPOSITIE
Druk op
(naaldpositie) in het scherm aan te geven met
Zet de persvoet omlaag voordat u op
e
drukt. Wanneer de naaldpositie (waar de naald
neerkomt) verschijnt op het scherm kunt u de
f
persvoet omhoog zetten en de naaldpositie wijzigen
door te stof te verplaatsen.
a
a Naaldpositie
ZOOMEN
Druk op
vergroten. Druk opnieuw op
oorspronkelijke weergavegrootte van de afbeelding
te herstellen.
Opmerking
• Het cameravenster verdwijnt wanneer u
begint te naaien.
• Wanneer u dikke stof naait, geeft het scherm
mogelijk een andere plek voor het neerkomen
van de naald weer dan de werkelijke.
HANDIGE FUNCTIES
drukt, schakelt de
om de plek waar de naald neerkomt
om de afbeelding op het scherm te
om de
2
.
87