ZIJ-ELEKTRODE
–
0,8
0,9 mm
AFDICHTRING
ISOLATOR
7. Meet de elektrodenafstand van de
bougie met een voelermaatje van
het draadtype.
De afstanden moeten 0,8 – 0,9 mm
zijn. Corrigeer de afstand indien
nodig door de massa-elektrode
voorzichtig te verbuigen.
8. Draai de bougie met de hand in
om te voorkomen dat deze er
scheef ingedraaid wordt.
9. Als de bougie goed ingedraaid is,
draai deze dan verder vast met een
bougiesleutel om de afdichtring in
te drukken.
KOPPEL BOUGIE:
18 N·m (1,8 kgf·m)
143
Draai een nieuwe bougie nog een
halve slag verder om de afdichtring in
te drukken.
Bij het monteren van nieuwe bougies
moeten deze nadat ze aanliggen nog
1/8 – 1/4 slag extra worden
aangedraaid om de ringen samen te
drukken.
De bougies moeten goed
vastgedraaid worden. Als de bougie
niet goed vastgedraaid is, kan deze
erg heet worden en kan de motor
beschadigd raken.
10. Druk de stekker terug op de
bobine. Controleer of deze vast
klikt.
11. Plaats de bobine terug. Draai de
bout vast.
12. Herhaal deze procedure voor de
overige drie bougies.
13. Breng het onderhoudsdeksel en de
motorkap weer aan. Zorg er
tijdens het plaatsen van de kappen
voor dat er geen bedrading
bekneld komt te zitten tussen de
kappen en de motor.
ONDERHOUD
<Optionele onderdelen:
Iridiumbougie>
Aanbevolen bougie:
IZFR6K-11E (NGK)
Gebruik alleen de aanbevolen
bougies of gelijkwaardige bougies.
Een bougie met een verkeerde
warmtegraad kan schade aan de
motor veroorzaken.
Installatie- en demontageprocedure
van de iridiumbougies zijn gelijk aan
die van de standaardbougies.
143