Installatie 12: Ventiel A3 schakelt in, als de temperatuur bij sensor
F1 (collector) de temperatuur bij sensor F3 (Tank boven) met het
inschakelverschil overschrijdt.
A3 schakelt uit, als de temperatuur bij sensor F1 (collector) meer
dan het uitschakelverschil lager is dan de temperatuur bij sensor
F3 (tank boven) (laden in het middelste tankgedeelte).
Ventiel A2 schakelt in, als de temperatuur bij sensor F1 (collector) de
temperatuur F5 (tank midden) met het uitschakelverschil overschrijdt
(laden in het bovenste tankgedeelte).
A2 schakelt uit, als de temperatuur bij sensor F1 (collector) meer
dan het uitschakelverschil lager is dan de temperatuur bij sensor
F5 (tank midden) (laden in het onderste tankgedeelte).
P34 Hysteresis opwarmen
P34 = 1 – 30 K: Het naverwarmen wordt geactiveerd, indien de
insteltemperatuur met de hier ingestelde hysteresis onderschreden
wordt. Naverwarmen wordt bij het overschrijden van de met P47
vastgelegde insteltemperatuur opnieuw vergrendeld.
Speciale functies
P40 T Vrijgave Collector,
P41 Collector
P40, P41 = -20 – +95 °C:
Installatie 2, 9: Geen functie
Installatie 1, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 10, 11, 12: De collectorpomp wordt
vrijgegeven wanneer de bijbehorende collectortemperatuur de
vrijgavetemperatuur overschrijdt. Ze wordt vergrendeld, indien de
collectortemperatuur lager is dan de spertemperatuur. Deze functie
voorkomt
het lopen van de pomp zonder relevante warmte-opbrengst.
Installatie 13: De collectorpompen A1 en A2 worden vrijgegeven
wanneer de bijbehorende collectortemperatuur de vrijgavetemperatuur
overschrijdt. De collectorpompen blijven gedurende de met P87
vastgelegde vultijd actief.
P42 Max T-Panel
P42 = 80 – 180 °C:
Installatie 2, 9: Geen functie
Installatie 1, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 10, 11, 12, 13: De collectorpompen
worden geblokkeerd wanneer de bijbehorende collectortemperatuur
de hier ingestelde veiligheidsgrens overschrijdt (beveiliging van de
installatie).
De pompen worden weer vrijgegeven wanneer de temperatuur onder
de maximale collectortemperatuur min 10 K daalt.
P43 Vrijgabe Brander 2 (vaste stof-ketel)
P43 = 0 – 90 °C:
Installatie 1, 4, 5, 6, 7, 8, 10, 11, 12, 13: Geen functie.
Installatie 2, 3, 9: De bijhorende pomp wordt vrijgegeven als de
temperateur van het 2de verwarmingstoestel (installaties 2 en 9 =
F1, installatie 3 = F2) de hier ingestelde grens met 5K overschrijdt.
Ze wordt vergrendeld als de temperatuur van het verwarmingstoestel
lager is dan de vrijgavetemperatuur.
Deze functie ziorgt er voor dat het verwarmingstoestel zijn
bedrijfstemperatuur kan bereiken.
Monteur – Parameters
39