Beveiligingsvoorkeuren
in het setupprogramma
De meeste beveiligingsvoorkeuren worden ingesteld in het
setupprogramma. Omdat het setupprogramma geen Windows-
hulpprogramma is, worden de voorzieningen voor de
cursorbesturing van de notebookcomputer niet ondersteund.
U kunt in het setupprogramma alleen met behulp van de toetsen
van de notebookcomputer navigeren en selecties maken.
Raadpleeg voor meer informatie
hoofdstuk 8.
QuickLock
Met de hotkey
QuickLock van het besturingssysteem.
QuickLock beveiligt de notebookcomputer door het aanmeldings-
scherm van het besturingssysteem weer te geven. Als het
aanmeldingsscherm wordt weergegeven, kan de notebook-
computer pas worden gebruikt nadat een Windows-
gebruikerswachtwoord of Windows-beheerderswachtwoord
is ingevoerd.
Voordat u QuickLock kunt gebruiken, moet u een Windows-
gebruikerswachtwoord of een Windows-beheerderswachtwoord
instellen. Raadpleeg het onderdeel Help en ondersteuning
(Start > Help en ondersteuning) voor instructies.
■
Druk op
■
U sluit QuickLock af door het
Windows-gebruikerswachtwoord of
Windows-beheerderswachtwoord in te voeren.
Handleiding voor de hardware en software
activeert u de beveiligingsvoorziening
fn+f6
als u QuickLock wilt activeren.
fn+f6
"Setupprogramma"
Beveiliging
in
6–3