Flowmeter Proline 200 PROFINET met Ethernet-APL
2.
Droog, reinig of vervang de afdichtingen indien nodig.
3.
Zet alle behuizingsschroeven en schroefdeksels vast.
4.
Zet de kabelwartels stevig vast.
5.
Om te waarborgen dat vocht niet de kabelwartel kan binnendringen:
Installeer de kabel zodanig dat er een lus naar beneden hangt voor de kabelwartel
("waterafvoer").
6.
Plaats dummyplug (passend bij de beschermingsklasse van de behuizing) in ongebruikte
kabelwartels.
5.5
Aansluitcontrole
Zijn de kabels van het instrument beschadigd (visuele inspectie)?
Voldoen de kabels aan de voorschriften→ 14?
Hebben de gemonteerde kabels voldoende trekontlasting?
Zijn de kabelwartels geïnstalleerd, goed vastgezet en lekdicht? Kabelinstallatie met "waterafvoer"
→ 32?
Afhankelijk van de uitvoering van het instrument: zijn alle instrumentconnectoren stevig
vastgezet→ 24?
Alleen voor de separate uitvoering: is de sensor aangesloten op de juiste transmitter?
Controleer het serienummer op de typeplaat van de sensor en transmitter.
Komt de voedingsspanning overeen met de specificaties op de typeplaat van de transmitter→ 23?
Is de klemtoekenning correct ?
Indien voedingsspanning aanwezig is: verschijnen er waarden op de displaymodule?
Zijn alle behuizingsdeksels gemonteerd en vastgezet?
Is de borgklem correct vastgezet?
Zijn de schroeven voor de kabeltrekontlasting vastgezet met het juiste aandraaimoment→ 26?
Endress+Hauser
Elektrische aansluiting
A0029278
33