Rookgas-toevoerluchtsystemen
Aanbevolen afstanden
Met toebehoren hydraulische sys-
teembuizen voor een installatie
met twee ketels
Met toebehoren rookgascollector
voor installaties met twee ketels
Met toebehoren hydraulische sys-
teembuizen voor een rookgascol-
lector
Aanwijzing
Als de verwarmingsketels dicht bij elkaar staan, moet de bekleding
voor de opstelling worden gemonteerd.
Rookgascollector van roestvast staal voor duo-ketel, Vitocrossal, type CI3
2 ketels op een gemeenschappelijke rookgasinstallatie
Bij installaties met meerdere ketels kunnen telkens 2 ketels op een
gemeenschappelijke rookgasleiding aangesloten worden. Voor elke
ketel is de aansluitset drukbewaker en de motorisch gestuurde rook-
gasklep nodig (accessoire).
Aansluiting op het rookgassysteem naar keuze voor uitgang links of rechts
K
G
H
C
B
A
b
A Ketelaansluitstuk met meetopeningen en toezichtopening
B Motorische rookgasklep
C Schuifelement 250 mm
D Condenswaterafvoer
Aanwijzing
■ Als een rookgascollector van een andere fabrikant door de instal-
lateur gebruikt wordt, moeten de rookgaskleppen en drukbewaker-
set uit de accessoires meebesteld worden.
■ De Viessmann-rookgascollector voor installaties met twee ketels
omvat de rookgaskleppen en drukbewakerset.
Condenserende gasketel
(vervolg)
Dubbele ketel
230 tot 320 kW
a
b
a
b
1000
a
b
G
E
F
D
Cascade
400 tot 636 kW
240 tot 320 kW
750
750
700
700
750
750
1000
750
750
700
700
Afzonderlijke rookgasinstallaties
Bij een afzonderlijke rookgasinstallatie voor elke ketel is geen rook-
gasklep vereist.
C
B
A
3°
e
E Rookgasbuis met condenswaterafvoer
F Rookgassysteem
G T-aansluitstuk
H Schuifelement
L Revisiedeksel
Aanwijzing
De condenswaterafvoer moet actief in de condenswaterbehandeling
geïntegreerd worden. Zo wordt een condenswaterverzameling naar
de rookgasklep verhinderd.
400 tot 636 kW
750
700
750 tot 958
750 tot 1018
1000
750
700
VIESMANN
750
750
700
11
61