De voortgangsbalk van de infusie wordt geminimaliseerd en wordt boven de navigatiebalk
omhoog verplaatst.
4. Wijzig de waarde en tik op BEVESTIGEN om door te gaan.
Als u het Volume wijzigt, moet dit groter zijn dan het volume dat al is geïnfundeerd.
De infusie wordt automatisch voortgezet met de gewijzigde parameters.
Totdat u de nieuwe parameters bevestigt of tikt op ANNULEREN, wordt de infusie met
de oorspronkelijke snelheid voortgezet. Als u de parameters niet binnen 30 seconden
bevestigt, wordt er een alarm geactiveerd om u eraan te herinneren deze te bevestigen
of te annuleren.
5.13 Een oplaaddosis programmeren
Aan het einde van de infusieprogrammering kunt u een oplaaddosis programmeren (ook
wel inductiedosis genoemd). Een oplaaddosis is vergelijkbaar met een bolus, maar is alleen
beschikbaar aan het begin van de infusie. U kunt de parameters van de oplaaddosis niet
wijzigen terwijl deze wordt uitgevoerd, maar u kunt deze stoppen en deze vervolgens
annuleren. De primaire infusie start automatisch aan het einde van de toediening van de
oplaaddosis. Hoewel u een oplaaddosis niet kunt programmeren nadat de infusie is gestart,
kunt u in plaats daarvan een bolus programmeren.
De geïnfundeerde oplaaddosis wordt automatisch van het toe te dienen primaire volume
(TIV) afgetrokken. Zie
1. Wanneer u de infusie hebt geprogrammeerd, tikt u op +OPTIES.
Eenheden en conversieregels
op pagina 108.
51