INFORMATIE
Deze aanbevelingen worden verplicht bij het infunderen van hemodynamisch
instabiele patiënten.
De volgende tabel toont de volumeverschillen tijdens de relay wanneer de modules binnen
0 tot 30 cm boven de patiënttoegang worden geplaatst.
Spuitformaat (mL)
50
30
20
10
5
3
1
De waarden zijn gelijkwaardig aan volumeverschillen geobserveerd voor een eenvoudige
verbinding van een IV infusielijn op de patiënt.
6
minimale volumeverschil voor de volgende spuitmodellen: Terumo 20 mL, Pentaferte 10 mL,
Terumo 30 mL is -0,08 mL.
7
Testcondities:
■
Relay spuit geïnstalleerd 4 uur voorafgaand aan de relay.
■
Modules geplaatst 30 cm boven de patiënt.
3
1
2
Minimale
volumeverschil (mL)
-0,02
-0,02
-0,02
-0,02
-0,02
-0,02
-0,02
Legenda
0 - 30 cm
Maximale
6
volumeverschil (mL)
0,2
0,13
0,13
0,034
0,03
0,02
0,02
67
Dode volume bij de initiële
1
verdunning die wordt
geïnfundeerd bij de nieuwe
Flow rate
Dode volume bij de initiële
verdunning die niet wordt
2
geïnfundeerd
Infusie bij de nieuwe Flow
3
rate
Typisch gemiddelde
verschil van het
gemeten
geïnfundeerde volume
0,09 mL bij 1 mL/u
0,03 mL bij 0,5 mL/u
0,03 mL bij 0,5 mL/u
0,01 mL bij 0,1 mL/u
0,01 mL bij 0,1 mL/u
0,004 mL bij 0,1 mL/u
0,003 mL bij 0,1 mL/u
7