8 Hydraulische eigenschappen
De volgende diagrammen geven afhankelijk van het debiet weer :
- de manometrische hoogten van de circulatiepompen van de
verwarming,
- drukverliezen van de ketel.
De bij de uitgang van de ketel beschikbare manometrische hoogte
wordt voor een vastgesteld debiet verkregen door het verschil tussen
de manometrische hoogte van de circulatiepomp en het drukverlies
van de ketel.
Beschikbare manometrische hoogte van de circulatiepomp van de verwarming voor GVR140-15Condens
A. Manometrische hoogte (mCE)
3
B. Debiet (m
/h)
Beschikbare manometrische hoogte van de circulatiepomp van de verwarming voor GVR140-25Condens
A. Manometrische hoogte (mCE)
3
B. Debiet (m
/h)
05/03/07 - 300001453-001-E
Voorbeeld : GVR140-15Condens met elektronische circulatiepomp :
manometrische hoogte beschikbaar bij 0.83 m
mCE = 2.85 mCE (ofwel 285 mbar)
3
0.83 m
/u komt overeen met een belasting van 14.5 kW en een
van 15 K.
C. Drukverliezen GVR140-15Condens
D. Manometrische hoogte Circulatiepomp
C. Drukverliezen GVR140-25Condens
D. Manometrische hoogte Circulatiepomp
GVR 140 Condens
3
/u = 3.25 mCE - 0.40
∆
t
15