Inhoudsopgave
Advertenties
4.12 Controledoos van de verhouding lucht/brandstof (LMV52..)
Belangrijke aantekeningen
Volg onderstaande voorschriften om ongevallen,
schade
aan
voorkomen!
LET OP
De
controledoos
veiligheidsinrichting! Maak hem niet open, breng
geen wijzigingen aan en forceer de werking ervan
niet. Riello S.p.A. is niet aansprakelijk voor
eventuele
geautoriseerde werkzaamheden!
Risico op ontploffing!
Een foute configuratie kan overvoeding van
brandstof veroorzaken, met als gevolg risico op
ontploffing! De bedieners moeten weten dat een
foute instelling van de controledoos van de
weergave en de werking van de AZL5 en van de
posities van de actuatoren van de brandstof en/of
lucht gevaarlijke condities kan veroorzaken
wanneer de brander werkt.
Alle werkzaamheden (voor montage, installatie en hulp,
enz.) moeten door gekwalificeerd personeel uitgevoerd
worden.
Isoleer de inrichting helemaal van het stroomnetwerk
(veelpolige scheiding) alvorens wijzigingen uit te voeren op
de bedrading in de aansluitzone van de controledoos
LMV5... Controleer of de inrichting niet onder spanning
staat en niet onverwachts kan worden gestart. Als u dat niet
doet, bestaat de kans dat u door elektrische stroom
getroffen wordt.
De bescherming tegen risico's op elektrische schokken op
de controledoos en op de LMV5 apparatuur en op alle
elektrische
onderdelen
verkregen indien de montage correct wordt uitgevoerd.
Controleer vóór elke werkzaamheid (werkzaamheden voor
montage, installatie en hulp, enz.) of de bedrading in orde is
en of de parameters correct ingesteld zijn, en voer dan de
veiligheidscontroles uit.
Vallen en stoten hebben een negatieve invloed op de
veiligheidsfuncties.
In zulke gevallen moet de controledoos niet in werking
gezet worden, ook niet als hij niet zichtbaar beschadigd is.
In de programmeermodus is het regelen van de positie van
de actuators en de VSD (die de elektronische regeling van
de brandstof/luchtverhouding regelt) anders dan in de
automatische bedrijfsmodus.
Net als bij automatisch bedrijf worden de aandrijvingen
samen naar de gewenste posities geleid en indien een
aandrijving niet de gewenste positie bereikt, worden
correcties aangebracht totdat die positie ook daadwerkelijk
wordt bereikt. In tegenstelling tot de automatische werking
is er echter geen tijdslimiet voor deze corrigerende
maatregelen.
De andere aandrijvingen behouden hun positie totdat alle
aandrijvingen de juiste positie hebben bereikt.
Dit is van fundamenteel belang bij het opzetten van het
controlesysteem voor de brandstof/luchtverhouding.
Bij
het
programmeren
luchtverhoudingscurven moet de installateur de kwaliteit
van het verbrandingsproces voortdurend bewaken (bijv. met
behulp van een rookgasanalysator).
Bovendien moet de inbedrijfsteller bij onbevredigende of
gevaarlijke situaties bereid zijn om in te grijpen (bijv. door
handmatig uit te schakelen).
Voor de veiligheid en de betrouwbaarheid van het LMV5
systeem moeten de volgende aanwijzingen gerespecteerd
worden:
Technische beschrijving van de brander
voorwerpen
of
omgeving
LMV52...
is
schade
veroorzaakt
door
die
zijn
aangesloten,
van
de
–
voorkom condities die de vorming van condens en vocht
bevorderen. Controleer anders, alvorens de brander opnieuw
te ontsteken, of de controledoos helemaal perfect droog is!
te
–
Voorkom dat elektrostatische ladingen opgeslagen worden
die bij contact de elektronische bestanddelen van de
een
controledoos kunnen beschadigen.
niet-
Mechanische structuur
De LMV5 apparatuur is een controlesysteem van branders
gebaseerd
componenten voor het regelen en bewaken van luchtbranders
van middelgrote en grote capaciteit.
De volgende componenten zijn geïntegreerd in de basisuitrusting
wordt
van het LMV5-systeem:
• Branderregelaar met gasklep lekkagecontrolesysteem
• Elektronische
maximaal 6 actuatoren
• Optionele PID-temperatuur-/drukregelaar (belastingscontrole)
• Optionele VSD-module Mechanische structuur.
brandstof/
13
NL
D9301
op
een
microprocessor
brandstof/luchtverhouding
Afb. 6
en
uitgerust
met
regeling
met
20167109
Advertenties
Inhoudsopgave
