Zorg ervoor dat uw PROFIBUS pomp geïnstalleerd wordt volgens de PROFIBUS
installatierichtlijnen.
Vermijd nauwe scherpe buigingen in de PROFIBUS signaalkabel.
Verwijder welke elke procesvvloeistof dan ook van de aandrijving om een normale
werking van het lekdetectiesysteem te behouden.
Controleer dat het vervangen van de pompkop een lekdetectie opheft.
Vervang de pompkop meteen na een defect, zodat de vloeistof in de slang behouden
blijft.
Koppel de pomp los (van druk) als de chemische opslagtanks worden gevuld
Controleer de aandrijfas op zichtbare sporen van chemicaliën bij het vervangen van een
versleten pompkop voor een nieuwe pompkop. Als er chemische resten worden aangetroffen
meldt dit dan bij uw plaatselijke Watson- Marlow vertegenwoordiger. Lees zorgvuldig de
Veiligheidsopmerkingen en instructies door in "Vervanging pompkop (qdos 30)" op pagina134
en "Pompkop vervanging (qdos 20, 60, 120 en CWT)" op pagina143.
Monteer de pomp niet in een krappe ruimte zonder voldoende luchtstroming rondom
de pomp.
Verpomp geen chemicaliën die ongeschikt zijn voor gebruik met de pompkop.
Kantel de aandrijving niet als de pompkop is gemonteerd, zelfs niet als de pomp niet
in bedrijf is.
Vermijdt het lekken van procesvloeistof op de aandrijving tijdens het vervangen van
de pompkop
Gebruik de negeer functie niet als langdurige oplossing voor een defecte pompkop,
want langdurige blootstelling aan procesvloeistof kan lijden tot verlies van de
aanwezige vloeistoflekkages, wat kan leiden tot verontreiniging van de aandrijving
of de procesomgeving. D e enige toegestane functie gebruik van de negeer functie: Om het
systeem leeg te laten lopen en de pompkop veilig te verwijderen, kan de negeer functie worden
gebruikt om de pomp te bedienen voorafgaand aan de vervanging van de pompkop - Alleen van
toepassing voor pompen die zijn gefabriceerd tot oktober 2019.
Bundel de regel- en netvoedingskabels niet samen.
alleen qdos 20 :
Selecteer het juiste type slang wanneer hierom wordt gevraagd.
Vervang de pompkop wanneer dit wordt aanbevolen door het pompkop management systeem.
Selecteer 'pompkopselectie' en 'PU-pompkop' in de instelling van het bedieningspaneel als u de
pompkop vervangt voordat de pompkop defect raakt.
Plaats een gebruikte pompkop niet terug nadat het pompkop management systeem de
vervanging van de pompkop aanbeveelt.
10.3
Drukvermogen
•
De qdos 120 kan continu worden gebruikt met een persdruk van maximaal 4 bar (60 psi).
•
De qdos 60 Santoprene kan continu worden gebruikt met een persdruk van maximaal 7
bar (100 psi).
•
De qdos 60 SEBS kan continu worden gebruikt met een persdruk van maximaal 4 bar
(60psi)
•
De qdos 70 PU kan continu worden gebruikt met een persdruk van maximaal 5 bar
(60psi)
•
De qdos 30 kan continu worden gebruikt met een persdruk van maximaal 7 bar (100 psi).
De qdos 30 kan worden gebruikt met een persdruk van maximaal 10 bar (145 psi). Dit is
echter van invloed op de opbrengst en levensduur van de pompkop.
m-qdos-allmodels-nl-08
33