De functie voor precisieverplaatsing
gebruiken
Met de functie voor precisieverplaatsing kunt u papier voor-
waarts of achterwaarts verplaatsen in stappen van 1/180 inch.
U kunt deze functie gebruiken om de laad-, afdruk- en afscheur-
posities te wijzigen.
De laadpositie wijzigen
De laadpositie is de positie van het papier nadat de printer het
heeft geladen. Als een document te hoog of te laag op een pagina
wordt afgedrukt, kunt u de laadpositie met de functie voor pre-
cisieverplaatsing bijstellen.
Opmerking:
De instellingen voor de bovenmarge die in sommige toepassingen zijn
vastgelegd, doen de aanpassingen voor de laadpositie teniet die u maakt
met de functie voor precisieverplaatsing. Stel zo nodig de laadpositie bij
in uw toepassing.
1. Controleer of de printer aanstaat. Indien nodig tilt u de
printerkap op zodat u de positie van het papier kunt zien.
2. Laad kettingpapier of losse vellen. (Druk op de
Load/Eject-knop om kettingpapier van de tractor te laden of
een los vel van de optionele invoereenheid te laden.)
3. Houd de Pause-knop gedurende drie seconden ingedrukt.
Het Pauze-lampje gaat knipperen en de precisieverplaat-
singsmodus wordt geactiveerd.
2-30
Papierverwerking