5 Richtlijnen met betrekking tot mogelijke toepassingen
Opstelling
C
B
A
a
a
E
b
d
e
A
Aanvoerwatertemperatuur secundaire zone
B
Kamer 1
C
Kamer 2
D
Aanvoerwatertemperatuur primaire zone
E
Kamer 3
a
Afstandsbediening van de warmtepompconvectoren
b
Speciale interface voor menselijk comfort (BRC1HHDA
gebruikt als kamerthermostaat)
c
Afstandbuitensensor
d
Mengklepstation
e
Drukregelklep
INFORMATIE
Monteer een drukregelklap voor het mengklepstation. De
reden hiervoor is om een evenwichtige waterdebiet te
hebben tussen de aanvoerwatertemperatuur voor de
primaire zone en de aanvoerwatertemperatuur voor de
secundaire zone in functie van de nodige capaciteit voor
beide watertemperatuurzones.
▪ Voor meer informatie over de aansluiting van de elektrische
bedrading op de unit, zie
verbindingen voor de uitwendige en inwendige stelmotoren" op
pagina 34.
▪ Voor de primaire zone:
▪ Een mengklepstation is voor de vloerverwarming geplaatst.
▪ De pomp van het mengklepstation wordt gestuurd door het
AAN/UIT-signaal van de binnenunit (X2M/29 en X2M/21; output
van de normaal gesloten afsluiters).
▪ De kamertemperatuur wordt geregeld door de speciale
interface
voor
menselijk
kamerthermostaat gebruikt wordt).
▪ Voor de secundaire zone:
▪ De warmtepompconvectoren zijn rechtstreeks op de binnenunit
aangesloten.
▪ De gewenste kamertemperatuur wordt voor elke kamer
ingesteld
via
de
warmtepompconvectoren.
▪ De signalen van elke warmtepompconvector om verwarming of
koeling te vragen zijn in parallel op de digitale input van de
binnenunit aangesloten (X2M/35a en X2M/30). De binnenunit
zal alleen de gewenste secundaire aanvoerwatertemperatuur
leveren wanneer dit werkelijk gevraagd wordt.
▪ De bedrijfsmodus wordt ingesteld door de gebruikersinterface in
de binnenunit. Let op: de bedrijfsmodus van elke externe
afstandsbediening
van
de
ingesteld worden om met de binnenunit overeen te stemmen.
Uitgebreide handleiding voor de installateur
16
D
c
"8.2 Overzicht van de elektrische
comfort
(BRC1HHDA,
die
afstandsbediening
van
warmtepompconvectoren
moet
Configuratie
Instelling
Temperatuurregeling van de unit:
▪ #: [2.9]
▪ Code: [C-07]
Aantal watertemperatuurzones:
▪ #: [4.4]
▪ Code: [7-02]
In geval van
warmtepompconvectoren:
Externe kamerthermostaat voor
de secundaire zone:
▪ #: [3.A]
▪ Code: [C-06]
Output afsluiter
Afsluiter
Op het mengklepstation
Voordelen
▪ Comfort.
▪ De
slimme
kamerthermostaatfunctie
aanvoerwatertemperatuur verhogen of verlagen op basis van
de werkelijke kamertemperatuur (aanpassing).
▪ De combinatie van de twee warmteafgiftesystemen biedt het
excellente verwarmingscomfort voor de vloerverwarming en
tevens
het
warmtepompconvectoren.
▪ Efficiëntie.
als
▪ Afhankelijk van de vraag zal de binnenunit verschillende
aanvoerwatertemperaturen leveren om aan de gewenste
temperatuur van de verschillende warmteafgevers te voldoen.
▪ Vloerverwarming
warmtepompsysteem.
5.3
Een extra warmtebron voor
de
ruimteverwarming in/opstellen
▪ Ruimteverwarming kan worden geleverd door:
▪ De binnenunit
▪ Een op het systeem aangesloten extra (ter plaatse te
voorziene) ketel
▪ Als de kamerthermostaat om verwarming vraagt, zal de binnenunit
of de extra ketel beginnen te werken in functie van de
buitentemperatuur (status van de omschakeling naar een externe
warmtebron). Als de extra ketel de toelating krijgt, wordt de
ruimteverwarming door de binnenunit UIT-geschakeld.
Waarde
2 (Kamerthermostaat): De unit
werkt op basis van de
omgevingstemperatuur van de
speciale interface voor menselijk
comfort.
Let op:
▪ Primaire kamer = speciale
interface
voor
comfort
gebruikt
kamerthermostaatfunctie
▪ Andere
kamers
kamerthermostaatfunctie
1 (2 zones): Primair + secundair
1 (1 contact): Als de gebruikte
externe kamerthermostaat of
warmtepompconvector enkel een
thermo AAN/UIT-staat kan
sturen. Geen onderscheid tussen
een vraag naar verwarming of
een vraag naar koeling.
Ingesteld om de thermovraag
van de primaire zone te volgen.
Als de primaire zone tijdens de
koelstand afgesloten moet
worden om geen condensatie op
de vloer te hebben, stel dit dan
dienovereenkomstig in.
Stel de gewenste primaire
aanvoerwatertemperatuur voor
verwarming en/of koeling in.
kan
de
excellente
koelcomfort
levert
de
beste
prestaties
EGSAH/X06+10DA9W(G)
Daikin Altherma 3 GEO
4P569820-1 – 2019.02
menselijk
als
=
externe
gewenste
van
de
met
het