6.
Selecteer Handmatige invoer in de vervolgkeuzelijst Papierbron.
OPMERKING:
laagste nummer die ingesteld is op het juiste papierformaat. Het is dus niet nodig om een bepaalde
lade op te geven. Als bijvoorbeeld lade 2 is geconfigureerd voor etiketten, drukt de printer vanuit
lade 2 af. Als lade 3 is geïnstalleerd en geconfigureerd voor etiketten maar lade 2 niet, dan drukt de
printer vanuit lade 3 af.
7.
Klik op de knop OK om het dialoogvenster Document Properties (Documenteigenschappen) te
sluiten.
8.
Klik in het dialoogvenster Afdrukken op de knop OK om de taak af te drukken.
Afdrukstand van etiket
Controleer de volgende afbeelding wanneer u etiketten plaatst.
Tabel 2-5
Afdrukstand van etiket
Lade
Lade 2 en de laden voor 500 vel
De nietmachine/stapelaar met 3 bakken configureren
Het nietpostbusaccessoire kan documenten in de linkerbovenhoek of rechterbovenhoek nieten en kan
tot 900 vellen papier in de drie uitvoerbakken stapelen. De uitvoerbakken kunnen in drie modi worden
geconfigureerd: stapelaarmodus, postbusmodus of functiescheidingsmodus.
●
De standaard nietlocatie instellen op pagina 37
●
De werkstand configureren op pagina 38
De standaard nietlocatie instellen
Meer informatie over hoe u de standaard nietlocatie instelt.
1.
Veeg vanaf het beginscherm op het bedieningspaneel van de printer totdat het menu
wordt weergegeven. Raak het pictogram
2.
Open de volgende menu's:
●
Instellingen
Nieter/stapelaar beheren
●
Nieten
Als u de handmatige invoer gebruikt, drukt de printer af vanuit de lade met het
Etiketten plaatsen
Afdrukzijde boven
Bovenrand aan de rechterkant van de printer
Instellingen
aan om het menu te openen.
Instellingen
Afdrukstand van etiket
37