7 Installatie
OPMERKING
Selecteer en installeer de veiligheidsthermostaat volgens
de geldende wetgeving.
Om onnodig inschakelen van de veiligheidsthermostaat te
vermijden, adviseren we het volgende:
▪ De veiligheidsthermostaat is automatisch opnieuw
instelbaar.
▪ De
veiligheidsthermostaat
temperatuurvariatiebereik van 2°C/min.
▪ De veiligheidsthermostaat moet op een afstand van
minimum 2 m van de bij de warmtapwatertank
geleverde
gemotoriseerde
geplaatst.
▪ Het
instelpunt
van
minstens 15°C hoger dan het maximale instelpunt van
de aanvoerwatertemperatuur.
INFORMATIE
Configureer ALTIJD de veiligheidsthermostaat na de
installatie ervan. Zonder configuratie zal de binnenunit het
contact van de veiligheidsthermostaat negeren.
7.11
De gasleidingen aansluiten
7.11.1
De gasleiding aansluiten
1 Sluit een gasklep aan op de gasaansluiting van 15 mm van de
gasboiler en sluit deze afsluiter aan op de lokale buis en houd
hierbij de lokale voorschriften in acht.
2 Installeer een gasmaasfilter in de gasaansluiting als het gas
mogelijk verontreinigd is.
3 Sluit de gasboiler aan op de gasaanvoer.
4 Controleer andere onderdelen op gaslekken bij een druk van
maximum 50 mbar (500 mm H
op de gasaanvoeraansluiting.
Uitgebreide handleiding voor de installateur
40
heeft
een
maximaal
3-wegsklep
worden
de
veiligheidsthermostaat
is
O). Er mag geen belasting zijn
2
7.12
De ketel aansluiten op het
schoorsteengassysteem
WAARSCHUWING
▪ Zorg ervoor dat alle aansluitingen van het materiaal
van het rookgasafvoer- en luchttoevoerkanaal zeer
goed
zijn
afgedicht.
rookgasafvoer- en luchttoevoerkanaal kan gevaarlijke
toestanden veroorzaken of mensen verwonden.
▪ Controleer of alle rookgasafvoeronderdelen goed vast
zitten.
▪ Gebruik GEEN al dan niet zelftappende schroeven om
het rookgasafvoersysteem te bevestigen, anders is
lekkage mogelijk.
▪ De afdichtingsrubbers kunnen in contact met vet
beschadigd worden, gebruik water in de plaats.
▪ Gebruik
GEEN
aansluitingsmanieren van verschillende fabrikanten.
De gasboiler is ENKEL ontworpen om onafhankelijk van kamerlucht
te werken.
De gasboiler wordt geleverd met een 60/100 concentrische
rookgasafvoer-/luchtinlaataansluiting. Steek de concentrische leiding
zorgvuldig in de adapter. De ingebouwde afdichtringen zorgen voor
een luchtdichte aansluiting.
Een
adapterstuk
80/125
concentrische
beschikbaar. Steek de concentrische leiding zorgvuldig in de
adapter. De ingebouwde afdichtringen zorgen voor een luchtdichte
aansluiting.
INFORMATIE
Volg de bij de adapterset meegeleverde instructies
nauwgezet op.
Het concentrisch adapterstuk heeft een meetpunt voor de gasuitlaat
en een meetpunt voor de luchtinlaat.
b
a
a
Meetpunt rookgasuitlaat
b
Meetpunt luchtinlaat
De luchttoevoer en de rookgasafvoerbuis kunnen ook apart worden
aangesloten als een dubbele buisverbinding. Een optie om de
gasboiler te voorzien van een concentrische in plaats van een
dubbele buisverbinding, is beschikbaar.
OPMERKING
Wanneer u de gasuitlaat installeert, houd dan rekening met
de installatie van de buitenunit. Zorg dat de uitlaatgassen
niet in de verdamper worden gezogen.
Houd bij het plaatsen van de gasuitlaat en de luchtinlaat
rekening met het feit dat het onderhoud aan de binnenunit
steeds gemakkelijk moet kunnen worden uitgevoerd.
Wanneer de gasuitlaat/luchtinlaat achter de binnenunit
lopen, kan men niet aan het expansievat en zal het zo
nodig vanaf de buitenkant van de unit moeten worden
vervangen.
Een
slecht
bevestigde
onderdelen,
materiaal
of
aansluiting
is
ook
CHYHBH05+08AA + EHYKOMB33A
Daikin Altherma R Hybrid
4P471761-1C – 2019.09