5 Installatie
▶
Sluit op de klemmen eBUS (+/−) en
RT 24 V geen netspanning aan.
▶
Sluit de aansluitkabel uitsluitend op de
daarvoor gemarkeerde klemmen aan!
1.
Breng de aansluitkabels van de aan te sluiten compo-
nenten door de kabeldoorvoer links aan de onderkant
van het product naar binnen.
2.
Let erop, dat de kabeldoorvoer correct is geplaatst en
dat de kabels correct zijn doorgevoerd.
3.
Let erop, dat de kabeldoorvoeren de aansluitkabel
nauw en zonder zichtbare spleet omsluiten.
4.
Gebruik de snoerontlastingen.
5.
Kort de aansluitkabel indien nodig in.
≤
30 mm
L
N
PE
40 mm
≤
+
-
≤
30 mm
6.
Strip de flexibele kabels zoals weergegeven in de af-
beelding. Let er hierbij op dat de isolatie van de ver-
schillende aders niet wordt beschadigd.
7.
Isoleer de binnenste draden slechts zodanig dat sta-
biele verbindingen tot stand gebracht kunnen worden.
8.
Om kortsluitingen door losse draden te vermijden, dient
u de geïsoleerde einden van de draden van draadeind-
hulzen te voorzien.
9.
Schroef de betreffende stekker op de aansluitkabel.
10. Controleer of alle draden mechanische vast in de stek-
kerklemmen van de stekker zitten. Corrigeer evt.
11. Steek de stekker in de bijbehorende stekkerplaats van
de printplaat.
–
Houd daarbij het aansluitschema in de bijlage aan.
5.6.4
Stroomvoorziening tot stand brengen
1.
Neem alle geldende voorschriften in acht.
–
Conform geldende voorschriften moet de aanslui-
ting via een elektrische scheidinginrichting met een
contactopening van minimaal 3 mm op elke pool tot
stand gebracht worden.
–
Netaansluitkabel: flexibele kabel
2.
Wees er zeker van dat de nominale spanning van het
stroomnet 230 V bedraagt.
3.
Steek de stekker van de netaansluitkabel in een ge-
schikt stopcontact.
4.
Zorg ervoor dat de toegang tot de netaansluiting altijd
gegarandeerd is en niet afgedekt is.
16
5.6.5
Thermostaat aan de elektronica aansluiten
1
Maximaalthermostaat
voor vloerverwarming
2
24 V thermostaat
1.
Waarborg, dat het product spanningsloos is.
2.
Sluit de kabel aan. (→ Pagina 15)
3.
Sluit de afzonderlijke componenten afhankelijk van het
installatietype aan.
Voorwaarde: Als er een warmwaterboiler geïnstalleerd wordt die door een
temperatuursensor wordt aangestuurd.
▶
Sluit de temperatuursensor op de stekker (1) aan.
Installatie- en onderhoudshandleiding ecoTEC pure 0020231688_02
24 V
BUS
–
+
Burner
24V=
off
RT
BUS
1
2
3
X106
X41
X22
4
3
eBUS-thermostaat of
ontvanger
4
Buitentemperatuursen-
sor, bekabeld
TANK T°
TANK
SWITCH
1