5.
Klik op [Apparaat selecteren] en selecteer vervolgens de scanner die u wilt gebruiken.
Selecteer de scanner door het IP-adres op te geven of door op [Netwerkscanner zoeken] te
drukken en maak uw selectie uit de weergegeven lijst.
6.
Op het tabblad [Algemeen] stelt u instellingen in op basis van de origineeltypen, het
scannen en de origineelrichting.
7.
Op het tabblad [Opties] stelt u de bestandsindeling en de map in waarin u het bestand
wilt opslaan.
8.
Klik op [Scannen].
9.
Nadat alle originelen zijn gescand, klikt u op [Afsluiten].
Instellingen die u kunt configureren in het dialoogvenster van Ricoh Scan Utility
Tabblad [Algemeen]
1
2
3
4
5
6
7
1. Scanner:
Selecteer de scanner die u wilt gebruiken.
2. Origineel:
Selecteer [Glasplaat] om vanaf de glasplaat te scannen of [Automatische documentinvoer] om via de
ADF te scannen.
Basisbewerking voor Ricoh Scan Utility
DUE340
165