Item
Doorstuurresultaat
melden
Doorstuurbestemming
Aantal
doorstuurpogingen
(tijd)
Interval tussen
doorstuurpogingen
(min.)
Geverifieerde ontvangst
Item
Geverifieerde
ontvangst
Voorwaarden voor
ontvangst
Selecteer of er een e-mailmelding moet worden gestuurd nadat er een fax
is doorgestuurd. De bestemming voor e-mailmeldingen hangt af van hoe
[Doorstuurbestemming] is ingesteld:
• Als deze is ingesteld met een [E-mailadres], zal de melding naar het
beheerderse-mailadres worden gestuurd die is opgegeven in [E-
mailadres beheerder] op de pagina [Beheerder].
• Als deze is ingesteld met een [Scanbestemming], zal de melding naar
de meldingsbestemming worden gestuurd die is opgegeven voor de
geselecteerde scanbestemming.
Let op: als er geen e-mailadres voor de bestemming is opgegeven, wordt er
geen melding gestuurd zelfs als deze instelling is ingeschakeld.
Bepaalt de doorzendbestemming.
• [E-mailadres]: Voer het e-mailadres in van de bestemming. Kan tot 64
tekens bevatten.
• [Scanbestemming]: Selecteer een scanbestemming als
doorstuurbestemming.
Bepaalt hoe vaak het apparaat een fax probeert door te sturen (1 tot en
met 255 keer).
Bepaalt hoeveel minuten het apparaat wacht voordat er een nieuwe
poging wordt gedaan (1 tot en met 255 minuten).
Schakel deze instelling in als u wilt dat het apparaat alleen faxen ontvangt
(of afwijst) van de geprogrammeerde speciale afzenders. Hiermee kunt u
ongewilde documenten, zoals junkfaxen, voorkomen en daarmee
faxpapier besparen.
Speciale afzenders kunnen worden geprogrammeerd op de [Speciale
afz.]-pagina.
Hiermee wordt bepaald of faxen van de geregistreerde speciale afzenders
worden ontvangen of afgewezen.
• Speciale afz.
De systeeminstellingen configureren
Beschrijving
Beschrijving
295