Gebruiksaanwijzing
Opmerking: Bepaal vanuit de normale
bedieningspositie de linker- en rechterzijde van de
machine.
Deze machine stelt de bestuurder bloot aan
geluidsniveaus van meer dan 85 dBA. Bij
langdurige blootstelling kan dit leiden tot
gehoorbeschadiging.
Draag gehoorbescherming als u deze machine
gebruikt.
Als u het sleuteltje in het contact laat, bestaat
de kans dat iemand de motor per ongeluk start
waardoor u en andere omstanders ernstig letsel
kunnen oplopen.
Verwijder het sleuteltje uit het contact voordat
u onderhoudswerkzaamheden uitvoert aan de
machine.
Motoroliepeil controleren
Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks
Het carter van de motor is in de fabriek gevuld met olie;
het oliepeil moet echter worden gecontroleerd voordat
en nadat de motor voor de eerste keer is gestart.
De carterinhoud bedraagt ongeveer 9,5 liter met filter.
Gebruik hoogwaardige motorolie die moet
beantwoorden aan de volgende specificaties:
• Vereiste onderhoudsclassificatie van API: CH-4,
CI-4 of hoger.
• Aanbevolen olie: SAE 15W-40 (boven -18°C)
• Alternatieve olie: SAE 10W-30 of 5W-30 (voor alle
temperaturen)
Opmerking: Toro Premium motorolie is
verkrijgbaar bij uw dealer met een viscositeit van
15W-40 of 10W-30. Zie de onderdelencatalogus
voor de onderdeelnummers.
Opmerking: De beste tijd om de motorolie te
controleren is wanneer de motor koud is voordat
deze is gestart voor de dag. Als hij al heeft gedraaid,
moet u de olie eerst terug laten lopen gedurende
tenminste 10 minuten voordat u controleert. Als het
olieniveau op of onder de "bijvullen"-markering op
de peilstok staat, vul dan olie bij om het olieniveau
bij de "vol" markering te brengen. Niet te vol
vullen. Als het olieniveau tussen de "vol" en de
"bijvullen" markering ligt, hoeft geen olie te worden
bijgevuld.
1. Parkeer de machine op een horizontaal oppervlak.
2. Ontgrendel de motorkap en open deze.
3. Verwijder de peilstok uit de buis, veeg deze schoon
en plaats de peilstok weer in de buis. Haal de
peilstok er weer uit.
Het oliepeil moet zich in de veilige zone bevinden
(Figuur 12).
1. Peilstok
4. Als het oliepeil zich onder de veilige zone bevindt,
verwijdert u de vuldop (Figuur 13) en vult u bij met
olie totdat het oliepeil de VOL-markering bereikt.
Niet te vol vullen.
1. Olievuldop
19
Figuur 12
Figuur 13