11. Onderhoud
Alvorens enige onderhoudswerkzaamheden aan de kachel uit te voeren, moet u onderstaande voorzorgsmaatregelen nemen:
- U moet er zich van vergewissen dat alle onderdelen van de kachel koud zijn.
- U moet er zich van vergewissen dat de as volledig is gedoofd.
- U moet er zich van vergewissen dat de hoofdschakelaar in de stand "nul" staat.
- U moet er zich van vergewissen dat de stekker uit het stopcontact werd verwijderd om alle toevallige contacten te vermijden.
Let op
11.1. Schoonmaken van de oppervlakken
Maak het oppervlak van de gelakte metalen onderdelen schoon met een natte doek of met water en zeep. Let op: het gebruik van detergen-
ten of agressieve oplosmiddelen kan de oppervlakken van de kachel beschadigen.
11.2. Schoonmaken van de verbrandingspot voor het aanmaken van de kachel.
Voor het aanmaken van de kachel moet u steeds controleren dat de verbrandingspot schoon is en dat de verbranding correct verloopt. U
moet eveneens controleren dat de openingen en gaatjes niet zijn verstopt door verbrandingsslakken of andere restproducten zodat steeds
een optimale verbranding in de kachel kan worden gegarandeerd. Bovendien moet oververhitting van de kachel worden vermeden omdat
dit kan leiden tot een verkleuring van het oppervlak of afschilfering van de deur en uiteindelijk tot het onmogelijk maken van het aanmaken
van de kachel.
Enkel een goed onderhouden en schone verbrandingspot kan garant staan voor een probleemloze werking van de kachel. Tijdens de wer-
king kan er ook materiaal worden afgezet in de pot. Indien dit gebeurt, moet het ogenblikkelijk uit de verbrandingspot worden verwijderd.
Een visuele controle volstaat om na te gaan of de verbrandingspot moet worden schoongemaakt. Mocht de pot niet schoon zijn, moet hij
meteen zorgvuldig worden schoongemaakt. De tijd tussen twee schoonmaakbeurten is afhankelijk van de kwaliteit van de gebruikte pellets.
Let op: bij het verwerken van een nieuw lot pellets kan het gebeuren dat de verbranding iets anders verloopt; ook wanneer u pellets van
hetzelfde merk gebruikt. De pellets kunnen meer of minder verbrandingsafval nalaten.
Het dagelijks grondig schoonmaken van de kachel staat garant voor een optimale verbranding en dito rendement. Tegelijk worden bedrijfs-
storingen vermeden die na verloop van tijd aanleiding kunnen geven tot een tussenkomst vanwege de technische dienst om de kachel
opnieuw te kunnen opstarten.
11.3. Schoonmaken van de Firex 600
Alle Ravelli-producten zijn uitgerust met een FIREX 600-verbrandingskamer uit vermiculiet die werd ontwikkeld door de Research &
Development-afdeling van Ravelli. De belangrijkste kenmerken van de FIREX 600 zijn de extreme hittebestendigheid, de lichtheid van het
materiaal en het optimale isolatievermogen die de verbranding en het rendement van de kachel bevorderen.
Tijdens de verbranding wordt de FIREX 600 wit door het zogenaamde PYROLYSE-effect, dat ervoor zorgt dat de vlam helder en fonkelend
brandt. Bijgevolg blijft ook de binnenzijde van de kachel in FIREX 600 steeds wit en schoon zolang de verbranding perfect is ingesteld.
Gebruiks- en onderhoudshandleiding voor het AIR-model
Het is aan te bevelen om bij het schoonmaken van de kachel onderstaande richtlijnen strikt
op te volgen! De niet-naleving van deze richtlijnen kan immers werkingsproblemen van de
kachel veroorzaken.
Schone verbrandingspot met alle
gaatjes en openingen goed zichtbaar
Verbrandingspot met verstopte gaatjes en ope-
ningen die dus moet worden schoongemaakt
10/11/10
Pag.25