Instructies voor reiniging
Deze verwarmer bevat elektrische en mechanische componenten in de gasregelings-, veiligheid- en
gasstroomsystemen.
Deze componenten kunnen niet meer werken of defect raken door vuil, slijtage, veroudering of de corrosieve
omgeving in het gebouw met dieren.
Periodieke reiniging en inspectie alsmede juist onderhoud zijn zeer belangrijk om ernstig letsel of materiële schade
te voorkomen.
1. Voordat
u
met
gasinvoerkleppen dichtdoen en de stekker uit het
stopcontact halen.
2. Vuil en stof dient periodiek van de verwarmer te
worden verwijderd:
a. Na elke kudde of wanneer het gebouw weer wordt
gevuld, geef de verwarmer een algemene
reinigingsbeurt met perslucht of een zachte
borstel aan de binnen- en buitenkant. Stof de
motorbehuizing af om oververhitting van de motor
en uitschakeling van de verwarmer te voorkomen.
b. Geef de verwarmer minstens één keer per jaar
een grote reinigingsbeurt. Verwijder de ventilator
en motorassemblage en veeg of blaas het
ventilatorwiel
ventilatorschoepen. Zorg er tevens voor dat de
branderluchtinlaat venturipoort en de "keel" van
de behuizing geen stof hebben. Het gebied tussen
de bovenkant van de verbrandingskamer en de
binnenkant van de behuizing dient ook geen stof
te bevatten.
c. Wanneer u met water wast, dient u de
Waarschuwingen in dit hoofdstuk te lezen en na te
volgen. Dezelfde waarschuwingen zijn ook op de
verwarmer afgedrukt.
Instructies voor onderhoud
1. Laat uw gasleverancier alle gasleidingen jaarlijks
controleren op lekkages of restricties in de leidingen.
Laat uw gasleverancier ook op dat moment verzameld
vuil in de sedimentopvang verwijderen.
2. Het g g ebied r r ondom d d it a a pparaat d d ient v v rij t t e z z ijn v v an
brandbare m m aterialen, b b enzine o o f a a ndere o o ntvlambare
dampen e e n v v loeistoffen.
3. Regelkleppen kunnen slijten en onjuist functioneren.
Laat uw gasleverancier de datumcodes op alle
14
Brand-, , v v erbrandings- e e n e e xplosiegevaar
schoonmaken
begint,
af.
Let
op
de
individuele
WAARSCHUWING
alle
Deze verwarmer mag slechts aan de buitenkant
gewassen worden indien:
A.
De verwarmer is niet meer op het stopcontact
aangesloten.
B.
Alle toegangspanelen zijn goed afgesloten.
C. De watersproeikop kan niet binnen een bereik van
180 cm sproeien.
D. De waterdruk is lager dan 3,1 bar (310 kPa) aan
elke kant van de verwarmer gedurende 10
sekonden.
E. De verwarmer wordt pas na 1 uur weer aangesloten
op het stopcontact of wanneer de verwarmer
helemaal droog is.
Onjuiste reiniging van de verwarmer kan ernstig
persoonlijk letsel of materiële schade veroorzaken als
gevolg van water en/of het schoonmaakmiddel:
1.
Bij elektrische componenten, verbindingen en
draden hetgeen elektrische schokken of
doorbranden veroorzaakt.
2.
Bij gasregelcomponenten hetgeen corrosie
veroorzaakt dat kan leiden tot gaslekkage, brand of
explosies door het lek.
Reinig interne componenten van de verwarmer met een
zachte, droge borstel of doekje, of met perslucht.
geïnstalleerde kleppen controleren en ook de
uitgangsdruk naar het apparaat om ervoor te zorgen
dat de regelklep betrouwbaar is.
4. Regelkleppen
gecontroleerd om ervoor te zorgen dat de
ontluchtingskleppen niet zijn geblokkeerd. Vuil,
insecten, insectnesten, sneeuw, ijs op een regelklep
kunnen de ontluchtingsklep blokkeren en een te hoge
druk op het apparaat veroorzaken.
WAARSCHUWING
dienen
periodiek
te
worden