6
Houd de COMMANDER OFF
toets langer dan 2 seconden
ingedrukt om de
afstandsbediening uit te
schakelen.
Als u de COMMANDER OFF toets
minder dan 2 seconden ingedrukt
houdt, keert de afstandsbediening
terug naar de vorige instelstand.
COMMANDER
OFF
Opmerkingen
• Als u voor de 2 volumetoetsen of de %
dempingstoets voor bepaalde componenten
reeds een signaal hebt "aangeleerd", zal de
bovenstaande procedure de functie van de
2 volumetoetsen en de % dempingstoets
niet veranderen.
• Als u voor de 2 volumetoetsen of de %
dempingstoets voor de TV of AMP stand
volumeregelsignalen hebt geprogrammeerd,
kunt u dat signaal alleen gebruiken als u voor
de bediening van de TV of versterker (AMP)
hebt gekozen. Bij de bediening van andere
componenten worden de vooringestelde
volumeregelsignalen voor TV of AMP
(afhankelijk van bovenstaande
instelprocedure) doorgegeven. Voor gebruik
van het nieuw aangeleerde signaal zult u elke
toets afzonderlijk met de aanleerfunctie
moeten programmeren voor elke te bedienen
component (pagina 20).
Uitvoeren van een reeks
bedieningsfuncties
— System Control-functies
Met de System Control-functie kunt u
een hele reeks bedieningsfuncties
achtereen programmeren, om die dan te
kunnen uitvoeren met één enkele toets.
Als u bijvoorbeeld een videoband wilt
bekijken, is er een reeks handelingen
nodig zoals hieronder beschreven.
Bijvoorbeeld:
1 TV inschakelen.
2 Videorecorder inschakelen (VCR).
3 Versterker inschakelen.
4 De ingangskeuzeschakelaar van de
versterker instellen op VIDEO 1.
5 De ingangsmode van de TV instellen
op VIDEO.
6 Afspelen van de videoband
Voor elk van de SYSTEM CONTROL
toetsen (1-3) of Label-toetsen (SYSTEM 4-
15) kunt u tot 32 achtereenvolgende
bedieningsstappen programmeren.
Als u een bedieningsreeks programmeert
voor een componentkeuzetoets of een
Label-toets (pagina 38), dan zal de
uitvoering van de geprogrammeerde
functies pas beginnen wanneer u de
componentkeuzetoets langer dan 2
seconden ingedrukt houdt.
De uitvoertijd van de componentmacro
hangt af van de instelling (pagina 42).
Tijdens het uitvoeren van een
bedieningsreeks zal telkens bij het
doorgeven van het volgende commando
de bijbehorende toets worden
aangegeven.
Voorinstelprogramma's voor de
SYSTEM CONTROL 1 en 3 toetsen
De SYSTEM CONTROL 1 en 3 toetsen
zijn vooringesteld door de fabrikant om
elk programma als volgt uit te voeren.
SYSTEM CONTROL 1 toets:
Alle Sony componenten uitschakelen die
tegelijkertijd het signaal van de
Commander kunnen ontvangen.
SYSTEM CONTROL 2 toets:
Alle Sony componenten inschakelen die
tegelijkertijd het signaal van de
Commander kunnen ontvangen.
Wordt vervolgd
31