GEMA handleiding
2.4
Veiligheid bij installatie, onderhoud en
reparatie
2.4.1
Veiligheidsvoorschriften voor werkzaamheden aan
elektrische installaties
2.4.2
Veiligheidsinstructies voor installatie, onderhoud
en reparatie
8
► Schakel de magneetplaat nooit in als deze niet nodig is voor het werk. Een
ingeschakelde magneetplaat die in de lucht hangt, kan onbedoeld materiaal
aantrekken of afwerpen. Er bestaat gevaar voor letsel doordat metalen
onderdelen worden aangetrokken door of vallen van de magneetplaat.
► In het draai- en werkgebied van de magneetplaat zijn geen
personen toegestaan.
► Voer nooit visuele inspecties voor onderhoudsdoeleinden en
reinigingswerkzaamheden aan het GEMA systeem uit tijdens het gebruik.
Schakel de aandrijving vooraf uit en zorg ervoor dat deze niet onbedoeld
kan worden gestart (bijv. door de contactsleutel te verwijderen en op te
bergen).
► Stel de onderdelen van het GEMA systeem nooit bloot aan de straal van
hogedrukreinigers. Dit kan het systeem beschadigen.
Bij het installeren en uitvoeren van werkzaamheden aan het GEMA systeem
moeten de volgende veiligheidsvoorschriften in acht worden genomen.
Volg bij werkzaamheden aan het GEMA systeem altijd de vijf veiligheidsregels
voor het werken aan elektrische installaties:
► Ontgrendelen.
► Beveiligd tegen opnieuw inschakelen.
► Bepaal de afwezigheid van spanning.
► Aarding en kortsluiting.
► Bedek of sluit aangrenzende onder spanning staande delen af.
► De sterke elektromagnetische velden van de magnetische plaat en de
magnetische velden van de permanente magneten waarmee het HMI-
bedieningsapparaat wordt bevestigd, kunnen de werking van pacemakers
tijdelijk beïnvloeden. Dragers van pacemakers mogen geen
werkzaamheden verrichten aan het GEMA systeem en moeten altijd
zorgen voor voldoende veiligheidsafstand.
► Werkzaamheden aan elektrische installaties en aan het GEMA systeem
mogen alleen worden uitgevoerd door gekwalificeerd personeel dat
daartoe is opgeleid en volgens de geldende nationale voorschriften.
► Werkzaamheden aan elektrische apparatuur en het GEMA systeem
mogen alleen worden uitgevoerd wanneer deze zijn uitgeschakeld en
spanningsloos zijn. Uitgeschakelde aandrijfeenheden moeten worden
beveiligd tegen onbedoeld opnieuw inschakelen (bv. door de
contactsleutel te verwijderen en te bewaren).