Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

Het systeem
systeem spoelen
spoelen (systemen
Het
Het
systeem
spoelen
Aard de apparatuur en afvalcontainer altijd om
brand en ontploffingen te voorkomen. Spoel altijd
bij een zo laag mogelijke druk, om statische vonken
en letsel door opspattende vloeistof te voorkomen.
De onderdelen in het isolatiesysteem zijn in de
fabriek getest met vloeistof. Om te voorkomen dat
uw vloeistof wordt vervuild, moet het isolatiesysteem
voor het eerste gebruik worden gespoeld met een
compatibel spoelmiddel.
Spoel het systeem in de spoelmodus. In de
spoelmodus is de lucht naar het pistool afgesloten
en doseert het systeem alle vloeistof in de
vloeistofcilinder. Het systeem spoelen:
• Gebruik de spoelmodus om de verf uit het systeem
te laten en spoel het systeem vervolgens schoon.
• Om een spoelcyclus uit te voeren
stelt u eerst een spoelprofiel in. Zie
Spoelschermen 1–5, page 52
• Zorg ervoor dat de luchtleiding, het spoelmateriaal
en de afvoerslang zijn aangesloten op de juiste
kleurwisselkleppen.
1. Laat de pistooltrekker los en schakel de
elektrostatica uit door de ES aan/uit-schakelaar
achteraan de handgreep in de UIT-stand te
zetten.
2. Volg de
Procedure voor het ontladen van
vloeistofspanning en aarding, page
3. Gebruik de besturingsinterface om de modus in
te stellen op Spoelen.
4. Spoel het systeem door middel van:
• Een spoelprofiel.
• Handmatig doorspoelen
3A8018D
(systemen met
met ingeschakelde

ingeschakelde kleurwissel)

(systemen
met
ingeschakelde
voor details.
28.
kleurwissel)
kleurwissel)
Om een
Om
Om
een spoelprofiel
een
spoelprofiel te te te gebruiken:
spoelprofiel
1. Wanneer u spoelprofiel 1–5 gebruikt, drukt u op
de knoep Spoelen starten, links op het scherm,
om de spoelcyclus te draaien:
2. Houd de pistooltrekker ingedrukt tot het systeem
de spoelcyclus heeft voltooid.
3. Nadat het spoelen is voltooid keert het systeem
terug naar de stand-bymodus.
4. Volg de
Drukontlastingsprocedure, page
Om
Om handmatig
Om
handmatig
handmatig te te te spoelen:
spoelen:
spoelen:
1. Wanneer u spoelprofiel 0 gebruikt, moet het
systeem handmatig worden doorgespoeld. Links
op het scherm verschijnen drie pictogrammen
om de afvoer-, de vloeistofmateriaal- en de
luchtinlaatventielen te activeren.
Wanneer er een afvoerkraan is aangesloten,
2.
activeert u de knop Afvoerkraan:
Nu wordt al het materiaal in het systeem
teruggeperst naar de inlaat, door de afvoerkraan,
en naar een afval- of recyclingcontainer.
3. Nadat u de knop Handmatig afvoeren hebt
gebruikt of indien de afvoerlijn niet is aangesloten,
activeert u de knop Spoelmateriaal:
4. Druk de trekker van het pistool in om al het
materiaal in het systeem door het pistool naar
buiten te persen.
5. Nadat de isolatievloeistofpomp is geleegd, laat
het systeem spoelmateriaal toe en vult het de
pomp. Zodra de pomp vol is, komt die onder druk
te staan en doseert de pomp materiaal uit het
pistool. Ga hiermee door totdat het spuitpistool
schoon materiaal doseert.
6. Druk nogmaals op de knop Spoelmateriaal om
deze te deactiveren:
Desgewenst kan het spoelmateriaal achterblijven
in het systeem.
7. Activeer de knop Lucht om het resterende
spoelmateriaal uit het spuitpistool te persen.
Zodra de isolatievloeistofpomp is geleegd, laat
het systeem lucht door die pomp, naar het
spuitpistool.
8. Laat de trekker los zodra het systeem voldoende
is gereinigd met lucht.
9. Volg de
Drukontlastingsprocedure, page
Bediening
gebruiken:
gebruiken:
29.
29.
31

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave