Bediening en werking
7.7
Brandstof tanken
Veiligheidsinstructies
54
GEVAAR
Brandgevaar als gevolg van brandstof.
Gelekte of gemorste brandstof kan ontbranden door hete delen
van de motor en ernstig brandletsel veroorzaken.
▪
Alleen tanken met de motor uit.
▪
Nooit tanken in de buurt van open vuur of van vonken.
▪
Niet roken.
▪
Brandstof niet morsen.
VOORZICHTIG
Gevaar voor verontreiniging van het milieu als gevolg van
gemorste brandstof.
Brandstoftank niet te vol tanken en geen brandstof morsen.
▪
Uitlopende brandstof opvangen en verwijderen volgens de
plaatselijke milieuvoorschriften.
VOORZICHTIG
Motorschade als gevolg van brandstof van slechte kwaliteit.
Gebruik van brandstof die niet voldoet aan de genoemde speci-
ficaties, kan motorschade veroorzaken.
▪
Alleen brandstof volgens paragraaf 4.5 Brandstof, pagina 28
gebruiken.
▪
Gebruik van brandstoffen met afwijkende specificatie alleen
na voorafgaande toestemming van Motorenfabrik HATZ
(hoofdkantoor).
Handleiding
1B20, 1B27, 1B30, 1B40, 1B50
HATZ