VERZORGING EN STALLING VAN DE MOTORFIETS
aan te brengen op alle metalen
delen, ook op verchroomde en ver-
nikkelde componenten, om zo corro-
sie te voorkomen.
5. Gebruik oliespray als universeel
schoonmaakmiddel om nog achter-
gebleven vuil te verwijderen.
6. Werk kleine lakbeschadigingen door
steenslag e.d. bij.
7. Zet alle gelakte oppervlakken in de
was.
8. Laat de motorfiets volledig drogen
alvorens deze te stallen of af te dek-
ken.
WAARSCHUWING
Verontreiniging van de remmen of ban-
den kan leiden tot verlies van de con-
trole over de machine.
7
Controleer of er geen olie of was
G
op de remmen of banden zit.
Reinig de remschijven en remvoe-
G
ringen indien nodig met een nor-
male remschijfreiniger of aceton
en spoel de banden schoon met
lauw water en een mild reinigings-
middel. Test de remwerking en het
weggedrag van de machine in
bochten voordat u met hoge snel-
heden gaat rijden.
LET OP
Breng een geringe hoeveelheid
G
oliespray en was aan en verwijder
overtollige hoeveelheden.
Breng oliespray of was nooit aan
G
op rubber of kunststof delen,
behandel deze met een daartoe
bestemd verzorgingsmiddel.
Vermijd het gebruik van schurende
G
poetsmiddelen, deze tasten de lak
aan.
OPMERKING
DWA11131
Vraag een Yamaha dealer om advies
G
over de te gebruiken producten.
Door wassen, regenachtig weer of
G
een vochtig klimaat kan de koplam-
plens beslagen raken. Inschakelen
van de koplamp gedurende een kor-
te periode zal helpen bij de verwijde-
ring van het vocht.
DCA10800
Stalling
Korte termijn
Stal uw motorfiets steeds op een koele en
droge plek en bescherm indien nodig
tegen stof met een luchtdoorlatende stal-
linghoes. Zorg ervoor dat de motor en het
uitlaatsysteem zijn afgekoeld alvorens de
motorfiets af te dekken.
LET OP
G
G
Lange termijn
Alvorens uw motorfiets gedurende meer-
dere maanden aaneen te stallen:
1. Volg alle instructies op in de para-
7-3
Als de motorfiets wordt gestald in
een slecht geventileerde ruimte of
in vochtige toestand wordt afge-
dekt met een hoes of een dekzeil,
zal water en vocht kunnen binnen-
dringen en roestvorming veroorza-
ken.
Voorkom corrosie door de machi-
ne niet te stallen in een vochtige
kelder, een stal (i.v.m. de aanwe-
zigheid van ammoniakdamp) en in
een opslagruimte voor sterke che-
micaliën.
graaf "Verzorging" in dit hoofdstuk.
DAUM1902
DCA10810