s
Oneindig
Handmatig
\
scherpstellen
1
Druk in de stand A op de
vierwegbesturing (5).
Het scherm [Focusinst.] verschijnt.
Bij elke druk op de knop verandert de
scherpstelinstelling. U kunt de instelling
ook wijzigen met de vierwegbesturing
(23).
2
Druk op de knop 4.
De instelling wordt opgeslagen en de camera keert terug naar de opnamestand.
• Welke functie u kunt selecteren, hangt af van de opnamestand. Zie
"Beschikbare functies voor elke opnamefunctie" (p.228) voor details.
• Het geluid van het scherpstellen wordt opgenomen, als u een andere
scherpstelstand kiest dan 3 of s in de standen C (Video) en
(Onderwatervideo).
• Als [Automacro] is ingeschakeld en u q selecteert en opnamen maakt
terwijl het onderwerp verder weg is dan 60 cm, stelt de camera automatisch
scherp op (Oneindig).
De instelling van de scherpstelstand opslaan 1p.127
Handmatig scherpstellen
Hierna wordt de procedure voor handmatig scherpstellen (\) beschreven.
1
Druk in de stand A op de vierwegbesturing (5).
Het scherm [Focusinst.] verschijnt.
2
Selecteer \ met de vierwegbesturing (5).
3
Druk op de knop 4.
Het centrale deel van de opname wordt tijdens het scherp stellen op het
volledige scherm getoond.
Met deze functie kunt u opnamen maken van voorwerpen in de
verte. De flitser staat ingesteld op a (Flitser uit).
Met deze instelling past u de scherpstelling handmatig aan.
Focusinst.
Focusinst.
Focusinst.
Standaard
Standaard
Standaard
MENU
MENU
MENU
Stop
Stop
Stop
3
OK
OK
OK
OK
OK
OK
99