3 Persoonlijke voorkeuze-instellingen
C.Fn III -6
0: AF-stop
1: AF-start
Er wordt alleen automatisch scherpgesteld tijdens het indrukken van de
knop. Wanneer u de knop ingedrukt houdt, wordt de automatische
scherpstelfunctie van de camera uitgeschakeld.
2: AE-vergrendeling
AE-vergrendeling wordt toegepast wanneer u de knop indrukt. Dit komt
van pas als u wilt meten en scherpstellen op verschillende delen van de
opname.
3: AF-punt: Manual-9Auto/Auto 9centrum
In de handmatige AF-puntselectiemodus wordt direct overgeschakeld naar
automatische AF-puntselectie (uit 45 AF-punten) wanneer u deze knop houdt
ingedrukt. Dit komt van pas als u niet langer in staat bent om op een bewegend
object scherp te stellen met een handmatig geselecteerd AF-punt in de modus
AI Servo AF. U kunt onmiddellijk overschakelen van de handmatige AF-
puntselectiemodus naar de modus voor automatische AF-puntselectie.
In de automatische AF-puntselectiemodus selecteert u alleen het
middelste AF-punt zolang u de knop ingedrukt houdt.
4: ONE SHOT z AI SERVO
In de modus One-Shot AF schakelt de camera alleen over naar de
modus AI Servo AF wanneer u de knop ingedrukt houdt. In de modus AI
Servo AF schakelt de camera alleen over naar de modus One-Shot AF
wanneer u de knop ingedrukt houdt.
Dit is handig als u steeds heen en weer moet schakelen tussen One-
Shot AF en AI Servo AF voor een onderwerp dat steeds beweegt en dan
weer tot stilstand komt.
5: Beeldstabilisatie starten
Als de IS-knop op de lens al op <ON> staat, activeert u de Image
Stabilizer (beeldstabilisator) door de knop in te drukken.
6: Naar ingesteld AF-punt gaan
Houd de AF-stopknop ingedrukt en druk tegelijk op de knop <I> om
naar het ingestelde AF-punt te gaan. Druk nogmaals op de knop om
naar het vorige AF-punt te gaan.
De AF-stopknop is alleen aanwezig op IS-supertelelenzen.
Bij instelling 5 werkt de Image Stabilizer (beeldstabilisator) niet als u de
ontspanknop half indrukt.
Zie pagina 171 voor informatie over het instellen van het AF-punt.
168
Lens AF-stopknopfunctie